Nederlands Instituut in Marokko met sluiting bedreigd

In opinie door Michel Hoebink op 25-06-2013 | 15:40

Tekst: Michel Hoebink

Het Nederlands instituut in Marokko gaat in 2015 dicht. Dat is het besluit van de minister Bussemaker van OCW, die vele miljoenen moet bezuinigen. Studenten en wetenschappers uit Nederland en Marokko betreuren het verlies.

“Het is pure kapitaalvernietiging”, zegt directeur Jan Hoogland van het Nederlands Instituut in Marokko (NIMAR). “Zes jaar zijn we bezig geweest om dit op te bouwen. En net nu het allemaal een beetje loopt wordt het in een klap weer afgeschaft.”

Officiele doelstelling van het NIMAR, dat in Rabat gevestigd is en nauw samenwerkt met de Nederlandse ambassade daar, is uitwisseling met Marokko in onderwijs en wetenschap. Een belangrijke activiteit is het geven van onderwijs aan Nederlandse studenten. “Die komen hier voor een half jaar om Arabisch te studeren of Marokkaanse cultuur.” Daarnaast regelt het instituut ook stages voor Nederlandse HBO studenten. En het verzorgt een programma van Nederlandse films, debatten en lezingen van wetenschappers waar een vast publiek van Marokkaanse studenten op afkomt. “We creeeren hier ambassadeurs voor Nederland. Jonge Marokkanen die op een heel positieve manier naar Nederland kijken en dat waarschijnlijk hun hele leven blijven doen.”

Het NIMAR werd in 2006 opgericht als onderdeel van een keten Nederlandse instituten rond de Midellandse zee. De moord op de Amsterdamse filmmaker Theo van Gogh door een radicale moslim in 2004 had Nederland geschokt. De Nederlandse overheid werd zich bewust van de noodzaak van uitwisselingsprojecten met de herkomstlanden van Nederlandse moslim migranten. Naast bestaande instituten in Cairo en Damascus werden nieuwe instituten opgezet in Istanbul en Rabat. Maar in 2012 werd het Instituut in Damascus wegens bezuinigingen gesloten. En nu treft de instituten in Turkije en Marokko hetzelfde lot. In de Arabische wereld blijft nu alleen het Vlaams-Nederlandse Instituut in Cairo over.

De website van het NIMAR staat inmiddels vol met steunbetuigingen van Nederlandse en Marokkaanse wetenschappers en studenten. Hoogland, die als arabist en Marokko deskundige aan de wieg stond van het instituut, is zelf ook erg teleurgesteld. Behalve uitwisseling op onderwijsgebied, zegt hij, heeft het NIMAR ook een belangrijke publiek-diplomatieke functie. “Met onze aanwezigheid en activiteiten geven we Nederland een gezicht in Marokko. We bouwen netwerken op van jonge mensen die van groot belang zijn voor de toekomstige relaties tussen beide landen. Veel buitenlandse diplomaten hier in Rabat zeggen: ‘Wij zouden ook wel zo’n instituut willen hebben om onze zichtbaarheid te vergroten.’”

Het nieuws van de aanstaande sluiting kwam onverwacht. “In november vorig jaar gaf minister Bussemaker van OCW ons nog een pluim en nu komt ze ineens met het besluit om ons geen subsidie meer te geven.”

De kamer vergadert 26 juni over het besluit van de minister en Hoogland hoopt dat het tij nog gekeerd wordt. Intussen is hij aan het onderzoeken of de activiteiten van het Nimar misschien kunnen worden voortgezet zonder subsidie van het ministerie. “We kunnen de universiteiten zelf vragen om onze activiteiten te bekostigen. Andere activiteiten kunnen we misschien kostendekkend maken, zoals onze lessen Nederlandse taal aan Marokkaanse studenten. Gelukkig hebben we nog tot 2015 om erover na te denken.”

 

Michel Hoebink werkt voor de Arabische Afdeling van de Wereldomroep. De Arabische versie van dit interview verschijnt op hun website. Meer artikelen van Michel Hoebink op Republiek Allochtonië vindt u hier.

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook. Republiek Allochtonië (voorheen Allochtonenweblog) bestaat 7 jaar. Waardeert u ons werk? U kunt het laten blijken door ons te steunen.

 



Meer over marokko, michel hoebink, nederlands instituut in marokko, nimar.

Delen:

Reacties


van kaas - 29/06/2013 14:10

De website van het NIMAR staat inderdaad vol met steunbetuigingen maar het is voor de buitenstaander nuttig te weten dat kritiek ook niet welkom is en wordt verwijderd. In Marokko is men dat zo gewend.
De buitenstaander vraagt zich misschien af wat voor kritiek mogelijk is op dit nuttige instituut. Iedereen is toch lief voor elkaar? Zeker, maar in een vergeten hoekje creperen nog altijd Saharaanse vluchtelingen en het NIMAR blijft daar laf over zwijgen.

De informatie die dit wetenschappelijk instituut verschaft over Marokko is behalve gebrekkig ook partijdig. Dat Marokkaanse troepen nog nooit de controle hebben gehad over het hele grondgebied van West-Sahara kom je bij NIMAR niet te weten. Dit staat op hun website:
"Toen eind jaren ‘70 Mauritanië zich uit het zuidelijke gedeelte van de Westelijke Sahara terugtrok, bezette Marokko dit deel eveneens."
Heeft het instituut ook maar 1 vingertje uitgestoken voor Saharawi's?Heeft het NIMAR begrip gekweekt voor het Nederlandse standpunt ten aanzien van de Marokkaanse claim op West-Sahara? Heeft het NIMAR aan bedrijven uitgelegd wat de moeilijkheid is bij het zakendoen in West-Sahara? Het is mij niet opgevallen. Het NIMAR mag van mij weg.


Janfrans Zuidema - 29/06/2013 02:55

“Zes jaar zijn we bezig geweest om dit op te bouwen."

Mijn republiek, dat is verdomd lang!