Mediawijsheid speciaal voor moslims pakt racistisch uit

In opinie door Linda Duits op 17-09-2015 | 08:48

Linda Duits kreeg de nieuwe brochure van Mira Media over interculturele mediaopvoeding onder ogen. De brochure gaat volgens haar eigenlijk over mediawijsheid voor moslims en de manier waarop dat wordt gebracht, noemt zij op zijn minst stereotiep.

Mediaopvoeding richt zich op ouders. Er wordt daarbij geen onderscheid gemaakt tussen ouders van Marokkaanse afkomst of ouders van Nederlandse afkomst. Niemand wil immers dat hun kroost het slachtoffer wordt van grooming. Via Justine Pardoen op Twitter stuitte ik ook een nieuwe brochure van Mira Media over interculturele mediaopvoeding. Dat doe je blijkbaar niet alleen in gezin en thuis, maar ook in de wijk. Op mediaopvoeding.nl, de nationale vraagbaak voor ouders en professionals voor vragen over media en mediagebruik door kinderen, lees ik nooit iets over ‘de wijk’. Mijn interesse was gewekt.

Midden-Oosten
In het voorwoord van de brochure lees ik dat allochtone en autochtone ouders nauwelijks van elkaar verschillen als het gaat om de mediaopvoeding van hun kinderen: ze maken zich zorgen en vragen zich dingen af. Toch vindt de directeur van Mira Media dat er onvoldoende aandacht is voor allochtone doelgroepen. In zijn bespreking van zorgen staat het gebruikelijke lijstje (sexting, identiteit) aangevuld met radicalisering, ronselen en “het plotseling vertrek van een islamitisch meisje naar Syrië” (p. 4). Ouders zouden bovendien bewust moeten zijn van hun voorbeeldgedrag “wat betreft de invloed van hun eigen mening over religie, discriminatie, de situatie in het Midden-Oosten op die van hun kinderen” (p. 4). Pardon?

De brochure wekt zo direct de verwachting dat islamitische gezinnen een andere aanpak behoeven als het gaat om mediawijsheid. Dat is bovendien niet alleen de taak van ouders en school, maar ook van dat vage ‘de wijk': hulpverleners en welzijnswerkers. Wat is interculturele mediaopvoeding nu precies?

Allochtonen als homogene groep
Mira Media is een bureau dat zich bezighoudt met media in de multiculturele samenleving. We schreven hier eerder al over een wetenschappelijke studie over publieksonderzoeken van Mira Media. De conclusie van communicatiewetenschapper Isabel Awad was straf: Mira Media zet steeds allochtonen af tegen autochtonen, waarbij autochtonen hoger geplaatst worden en de allochtoon verkeerd afwijkt.

Het is bijzonder problematisch om allochtoon mediagebruik als op zichzelf staande categorie te zien. Het is onduidelijk hoe dat afwijkt van autochtoon mediagebruik, en allochtonen vormen geen homogene groep. Mensen van Turkse, Marokkaanse en Chinese afkomst zijn heel verschillend. Bovendien wordt eigenlijk niet-Westerse allochtoon bedoeld: het gaat helemaal niet om gezinnen van Poolse, Duitse of Britse afkomst (ik heb hier de grootste groepen genomen die geen Nederlands paspoort hebben). (Zie ook: Wel of geen aandacht voor etniciteit in wetenschappelijk onderzoek.)

Palestijnse kwestie en Zwarte Piet
Hoe ziet allochtoon in relatie tot digitale media eruit in de brochure over interculturele mediaopvoeding? Ik neem een aantal voorbeelden door:
 

  • Een Turkse moeder denkt dat haar kinderen meer weten van het internet dan zij.
  • Er wordt gesteld dat mediaopvoeding “van vooral de tweede generatie migrantenouders vraagt ook om extra kritisch te kijken naar hun eigen identiteit” (p. 6).
  • Een ouder moet door actieve monitoring weten “dat en wat zijn/haar kind blogt, plogt of vlogt over bijvoorbeeld de Palestijnse kwestie” (p. 6).
  • Er is een interview met Fatouch Chanaat, voorzitter van een organisatie die moslimgezinnen ondersteunt bij hun participatie in de samenleving.
  • Er is een interview met Caroline Verhoeff, die leraren leert omgaan met leerlingen met “uiteenlopende ideeën over een democratische samenleving”. Het gaat dan om zaken als Charlie Hebdo en Zwarte Piet. Er wordt geschreven: “Dit vormt een extra uitdaging wanneer migranten zonder democratisch [sic] achtergrond de nieuwe burgers zijn” (p. 9).
  • Er is een interview met een zogeheten cybermoeder, iemand die ouders helpt in “de online samenleving”. Ze zegt dat ze haar dochter adviseert niet zomaar iedereen toe te voegen op sociale media.
  • Er is een interview met een deskundige op het gebied van laaggeletterdheid.
  • In een interview met hoogleraar Trees Pelt staat “Dat strikte, dat autoritaire en vooral slaan, dat willen de meeste ouders niet meer. In die zin worden de overeenkomsten met autochtone opvoeders steeds groter” (p. 15). Zij wordt ook gevraagd om advies bij radicalisering.
  • Ook Durmus Can, teamleider in het jeugdwerk, gaat in op radicalisering. Zij signaleert dat “Turken bijzonder hechten aan de Turkse taal en cultuur” (p. 17).
  • Enzovoorts


We zien dus dat ouders met een niet-Nederlandse herkomst niet verschillen van ouders met een Nederlandse afkomst (ook zij ervaren een digitale kloof, ook zij geven zulke adviezen), maar dat er wel impliciete tegenstellingen worden opgeworpen tussen allochtone en autochtone ouders. De eersten zouden eerder analfabeet zijn of autoritair opvoeden. De nadruk op de wijk suggereert dat ouders en school bij allochtone kinderen tekort schieten.

Daarnaast zien we dat de voorbeelden die gekozen worden typisch gaan over onderwerpen die moslims raken. Er daarbij bovendien sprake van een samensmelting van termen waarbij bijvoorbeeld nieuwe migranten gelijkgesteld worden aan tweede en derde generatie allochtonen.

Culturele verschillen
Bij ‘interculturele mediacoach’ Souad Hatrouf krijgen we duidelijkheid. Ze vertelt:


“Omdat ik zelf islamitisch en Marokkaanse ben, werkt mijn voorlichting laagdrempelig voor de ouders van de Da’oed school. Je begrijpt elkaar beter omdat je dezelfde levenswijze deelt” (p. 21).


Interculturele mediaopvoeding heeft dan helemaal niets te maken met herkomst, maar met religie. Het ongemak dat er onder gereformeerden is om te praten over sexting maakt dat zulke ouders eerder advies vragen aan Refoweb dan aan Mediaopvoeding.nl. Toch krijgen gereformeerden geen wijkaanpak op zich afgestuurd.

Interculturele mediaopvoeding in deze brochure betekent eigenlijk mediawijsheid voor moslims. De manier waarop dat gebracht wordt is stereotiep op zijn best en racistisch op zijn slechtst. Culturele verschillen worden essentialistisch verwoord en bestendigd, in plaats van kritisch bevraagd. Mijn advies aan ouders – allochtoon of autochtoon – zou dan ook zijn om je kind uit de buurt te houden van Mira Media.
 

Linda Duits is onderzoeker op het terrein van media, jongeren en populaire cultuur. Samen met Cem Gömüsay heeft ze Diep opgericht en ze is verbonden aan het Instituut voor Cultuurwetenschappelijk Onderzoek. Dit stuk verscheen eerder op haar site en is in overleg met de auteur ook op Republiek Allochtonië geplaatst. Meer van Linda Duits op Republiek Allochtonië hier

De reactie van Mira Media op dit stuk kunt u hier lezen.

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

Waardeert u ons werk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook!  


 


Meer over linda duits, mediawijsheid, mira media.

Delen: