ECRI: Politiek en media in Nederland sterk beïnvloed door xenofoob taalgebruik en bangmakerij

In nieuws door Ewoud Butter op 06-06-2019 | 20:54

Online haatzaaien is in Nederland aan de orde van de dag, maar de Nederlandse wetgeving tegen hatecrimes en discriminatie schiet tekort. Dat oordeel velt de Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie (ECRI) deze week in een rapport. Het politieke debat en de berichtgeving in de media worden volgens de ECRI in Nederland „nog steeds sterk beïnvloed” door xenofoob taalgebruik en bangmakerij. Van hatecrimes wordt weinig aangifte gedaan en de wetgeving om etnisch profileren tegen te gaan is te vaag.

De Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie (ECRI) is ingesteld door de Raad van Europa. Het is een onafhankelijk toezichtsorgaan voor de mensenrechten. Sinds de vorige rapportage over Nederland in 2013 constateert de ECRI op diverse punten vooruitgang, maar op diverse punten heeft de commissie zorgen, waaronder de volgende:

  • De wetgeving betreffende hatecrime en antidiscriminatie biedt onvoldoende mogelijkheden voor ontmoedigende sancties.
  • De AWGB reikt niet ver genoeg en de autoriteiten hebben geen uitdrukkelijke verplichting gelijkheid te bevorderen of discriminatie te voorkomen.
  • Niet alle Antidiscriminatievoorzieningen zijn onafhankelijk en de organen voorgelijkheid hebben onvoldoende middelen om gelijkheid te bevorderen en discriminatie te voorkomen.
  • Het politieke debat in Den Haag en de berichtgeving in de media worden nog steeds sterk beïnvloed door xenofobisch taalgebruik en bangmakerij en politici spreken openlijk over racistische overtuigingen en biologische superioriteit.
  • Online haatzaaien is aan de orde van de dag en veel haattaal blijft langere tijd online staan.
  • Veel mensen uit minderheden voelen zich uitgesloten door dit vijandige taalgebruik.
  • Er waren veel door haat ingegeven aanslagen op moslims, moskeeën en lhbt-personen en er wordt nog steeds weinig aangifte gedaan tegen hatecrime. Dat laatste blijft een kwestie.
  • Er zijn nog steeds antisemitische spreekkoren tijdens voetbalwedstrijden.
  • In het herziene integratiebeleid van 2013 werd de integratielast verlegd naar de nieuwkomers. Zij moeten sindsdien zelf voor hun onderwijs betalen en daarvoor leningen afsluiten. Slagen ze niet voor hun examen, dan volgen sancties. Het slagingspercentage van het inburgeringsexamen daalde drastisch. Datzelfde geldt voor de prestaties op het gebied van de taalvaardigheid.
  • Kinderen met een migratieachtergrond en Antilliaanse kinderen blijven oververtegenwoordigd in het speciaal onderwijs. Ze worden onevenredig vaak ingeschreven voor de lagere niveaus van het voortgezet onderwijs en hebben moeite met het vinden van een stageplaats.
  • De werkgelegenheidskloof waar deze groepen mee te maken hebben, wordt niet kleiner. Dat komt deels door discriminatie. Arbeidsmigranten lopen nog steeds het risico op uitbuiting.
  • Roma hebben nog steeds een onderwijsachterstand, met als gevolg slechte werkgelegenheid, armoede en uitsluiting. Ongeveer 1.000 Roma zijn nog staatloos. 
  • Zichtbare intimiteit, genderambigu gedrag en adoptie blijven controversiële onderwerpen als het gaat om lhbt-personen. De ervaren en feitelijke veiligheid en gezondheidsomstandigheden van lhbt-personen zijn onder het gemiddelde en jonge lhbt’ers ervaren het als ongemakkelijk om op school open over hun seksuele gerichtheid of genderidentiteit te zijn.
  • Uit recent onderzoek blijkt dat 61% van de respondenten met een Noord-Afrikaanse achtergrond en 43% van de respondenten met een Turkse achtergrond hun laatste aanhouding door de politie als etnisch profileren hebben ervaren. Personen uit minderheden werden onevenredig vaak aangehouden en 40% van de aanhoudingen kon niet objectief worden gerechtvaardigd. De wetgeving en het handelingskader hiervoor zijn te vaag.

Aanbevelingen

De ECRI doet verschillende aanbevlingen, waaronder:

  • De autoriteiten zouden voor volledige onafhankelijkheid van alle antidiscriminatievoorzieningen moeten zorgen. 
  • Parlement en regering zouden middels gedragscodes haatzaaien moeten verbieden  
  • Media zouden een actieplan moeten opstellen ter bestrijding van routines en reflexen met een stigmatiserend effect op mensen uit minderheden.
  • De manier waarop haatzaaien op internet wordt aangepakt, zou moeten worden verbeterd.
  • De politie en het OM zouden aandacht moeten blijven besteden aan haatzaaien in voetbalstadions.
  • De autoriteiten zouden een integratiestrategie en actieplan moeten ontwikkelen waarmee integratie een tweerichtingsproces wordt en waarmee de hele samenleving wordt gestimuleerd inburgering mogelijk te maken, te ondersteunen en te bevorderen. Strategie en plan zouden indicatoren en streefdoelen voor alle integratiedoelststellingen moeten bevatten die ook in het Actieplan Arbeidsmarktdiscriminatie zouden moeten worden opgenomen. De nadruk bij de uitvoering van dat Actieplan zou moeten liggen op verbetering van de toegang tot de arbeidsmarkt.
  • Nederland zou nieuwe wetgeving voor naamsverandering en geslachtserkenning van transgenders moeten invoeren.
  • Etnisch profileren: Er moet regelgeving komen inzake redelijke verdenking bij controles, surveillance en onderzoek, een gedetailleerde definitie en omschrijving moeten geven van de voorwaarden waaronder dergelijke maatregelen zijn toegestaan, gegevens over dergelijke maatregelen moeten verzamelen en in ieder geval in pilotprojecten stopformulieren moeten gebruiken. Zie hiervoor ook de reactie van Control Alt Delete

Lees het gehele rapport hier

Zie ook:

Negen conclusies naar aanleiding van de discriminatiecijfers 2018

Meer artikelen over discriminatie

Wilt u dat Republiek Allochtonië blijft bestaan? Waardeert u ons vrijwilligerswerk? We kunnen uw steun goed gebruiken. U kunt Republiek Allochtonië steunen en een klein (of groot) bedrag doneren (nu ook via I-deal)

Neem een abonnement op onze dagelijkse nieuwsbrief: Subscribe to Republiek Allochtonië by Email

 


Meer over discriminatie, etnisch profileren, mensenrechten.

Delen: