De meeste Amsterdammers ervaren geen multicultureel onbehagen

In achtergronden op 22-03-2012 | 17:11

58 procent van de inwoners van vijf Amsterdamse stadsdelen ervaart geen spanningen met buurtgenoten uit andere culturen. Bij 16 procent is dat wel het geval. De rest heeft geen mening of staat neutraal tegenover dit onderwerp.
De mate waarin Amsterdammers spanningen ervaren zijn de afgelopen jaren 'eerder afgenomen dan toegenomen'.
Ruim een kwart (26 procent) van de bewoners noemt overlast van jongeren uit andere bevolkingsgroepen een bron van spanningen, 19 procent zegt dat over verschillende opvattingen over het schoonhouden van de buurt. Verschillen in religieuze opvattingen zorgt volgens 9 procent van de bewoners voor spanningen.

Dat blijkt onderzoek van het Amsterdamse Bureau Onderzoek en Statistiek en het Verwey-Jonker Instituut. Daarvoor werden bijna 4600 inwoners van vijf van de zeven stadsdelen in de hoofdstad ondervraagd: West, Nieuw-West, Oost, Zuid en Zuidoost.

Binnen Amsterdam komt Nieuw-West het slechtste uit het onderzoek. Het stadsdeel Noord, waar de PVV de laatste parlementsverkiezingen net als in Nieuw-West hoog scoorde, deed niet mee aan het onderzoek.

Hieronder de tekst van het persbericht van het Verwey-Jonker instituut.

In veel Amsterdamse buurten leven bevolkingsgroepen op een prettige manier met elkaar samen. Er is vertrouwen in buurtgenoten en er is vrijwel geen sprake van onderlinge spanningen tussen buurtbewoners. Er zijn echter ook buurten waar het samenwonen wel onder druk staat en waar een deel van de bewoners zich niet (meer) thuis voelt of spanningen tussen bevolkingsgroepen ervaart. Dat blijkt uit het onderzoek Samenleven met verschillen dat de stadsdelen Oost, West, Nieuw West, Zuid, Zuidoost hebben laten uitvoeren. Voor het grootschalige onderzoek, dat werd gedaan door het gemeentelijke Bureau Onderzoek en Statistiek en het Verwey-Jonker Instituut, zijn bewoners via enquêtes gevraagd te reageren op stellingen. Daarnaast zijn interviews gehouden met bewoners, ambtenaren en professionals in de wijken.

Van alle mensen in Amsterdam die aan het onderzoek hebben meegewerkt, denkt 19% niet positief over andere bevolkingsgroepen in de buurt, en 16% ervaart spanningen met buurtgenoten uit een andere cultuur.

De belangrijkste onderzoeksresultaten per stadsdeel

Stadsdeel Oost

Het onderzoek stelt vast dat het beleid van stadsdeel Oost, met name in de Indische Buurt, in grote mate aansluit op de vraagstukken. De inzet bestrijkt het volledige spectrum, van fysieke ingrepen tot sociaal-maatschappelijke ingrepen en van preventief beleid tot repressief beleid. Die inzet is nodig, want tussen bewoners bestaan spanningen door de verschillende leefstijlen en omgangsvormen en botsende normen en waarden. Het ontbreken van overbruggend contact tussen de verschillende groepen (denk aan leeftijd, inkomen, land van herkomst, huren en kopen) leidt tot vooroordelen, onprettige gevoelens en gebrek aan vertrouwen. Ook in het komende jaar zet Stadsdeel Oost krachtig in om deze spanningen te bestrijden. Onder meer door het organiseren van 'schurende gesprekken', waarin bewoners met verschillende achtergronden met elkaars opvattingen geconfronteerd worden. In navolging van de spraakmakende debatten-reeks "Verbinden in Oost" krijgen ook dit jaar bewoners de ruimte om in die vorm taboe-onderwerpen met elkaar bespreekbaar te maken.

Stadsdeel Nieuw-West

Stadsdeel Nieuw-West komt slecht uit het onderzoek. Met name spanning tussen jongeren en ouderen en verpaupering in de buurten zijn belangrijke kwesties. Op zich begrijpelijk aangezien in Nieuw-West het hoogste aantal jongeren woont, veel ouderen én de stedelijke vernieuwing die in sommige buurten van Nieuw-West is stilgevallen. Ook de sociaal-economische verschillen in een buurt spelen een belangrijke rol. Stadsdeelvoorzitter Achmed Baâdoud vindt de resultaten uit het onderzoek ernstig maar niet verrassend: 'Het rapport bevestigt de grote opgave die we hier hebben en dat vraagt om een lange adem en doelgerichte inspanningen. De genoemde aanbevelingen in het rapport zijn ingezet. Vanuit het stadsdeel ligt de focus heel nadrukkelijk op taal, gedrag en werk om zo de sociaal-economische verschillen te verkleinen. We zitten nu werkelijk op een kantelpunt, de stad moet een keuze maken: wordt het een stad van uitersten of gaan we nog steeds voor één Amsterdam?

Stadsdeel West

Stadsdeel West is een overgangsgebied. West ligt tussen het Centrum, met weinig verschillen en spanningen en Nieuw-West, met relatief veel spanningen. Nabij het Centrum kent West weinig moeilijkheden met samenleven van verschillende groepen, in de buurt van de Ringweg nemen de problemen sterk toe.

Spanningen zitten meestal onderhuids. Ze uiten zich vooral doordat mensen elkaar vermijden. Er zijn verschillende oorzaken, zoals conflicten over het beheer van de openbare ruimte en overlast door psychiatrische patiënten. Ook overlast en criminaliteit, vaak veroorzaakt door jongens met een Marokkaanse achtergrond, zijn belangrijke oorzaken van de polarisatie in West. Het bestrijden van jongerenoverlast is dan ook een prioriteit van het stadsdeel.

Uit het rapport blijkt dat het Buurt Praktijk Team op het Columbusplein opvallende successen boekt. Die aanpak zien de onderzoekers als een voorbeeld voor de hele stad. Met het programma Vrij West bestrijdt stadsdeelvoorzitter Martien Kuitenbrouwer de achtergronden van spanningen tussen mensen: Vrij West benoemt de spanningen. Polarisatie is onderhuids en ondermijnt zo het samenleven. Om het bespreekbaar te maken, staat Vrij West bijvoorbeeld voor confrontatie tussen daders en slachtoffers bij het pesten van homos. Dat is hard werken, maar het loont.

Stadsdeel Zuidoost

In de H-buurt, E-buurt, G-buurt West en Gein I/II woont een groot deel van de bewoners naar tevredenheid, voelt zich er thuis en is betrokken. Wel ervaart een deel van de bewoners spanningen door botsende leefstijlen. Hierbij gaat het met name om ergernissen over vuil en rommel op straat of in portieken. Overlast van jongeren zorgt ook voor spanningen tussen bevolkingsgroepen in de buurt. De onderzoekers constateren dat het door het stadsdeel en de partners gevoerde beleid en projecten goed aansluiten om deze ergernissen te verkleinen. Projecten als jongerenbemiddeling, buurtambassadeurs en 'Kansrijk Zuidoost', waarbij huis-aan-huis wordt aangebeld bij bewoners om problemen 'achter de voordeur' op het spoor te komen, worden positief beoordeeld.

Stadsdeel Zuid

Het stadsdeel neemt kennis van de relatief positieve uitkomst van het onderzoek in Zuid. Zuid investeert al jaren in het tegengaan van spanningen en het bevorderen van sociaal vertrouwen en burgerschap. Daarnaast is er flink ingezet op het verminderen van jeugdoverlast en criminaliteit (Jeugd & Veiligheid en Jongerenwerk). Dit betaalt zich nu onder andere uit met het behouden van de middenpositie voor de Diamantbuurt.

Een uitkomst van het onderzoek is dat ongeveer een vijfde van de bewoners van de onderzochte buurten redelijk veel spanningen ervaart. Zuid herkent zich in de analyses en suggesties in de rapporten om intensiever in te zetten op onder andere de volgende aangrijpingspunten voor beleid:

bevorderen weerbaarheid van bewoners, aanpak van vervuiling in portieken en openbare ruimte verbeteren, aanpak scholierenoverlast, aanpak overlast van bewoners met psychiatrische problemen en het vergroten van betrokkenheid jong / oud onder andere in Buitenveldert en Rivierenbuurt. Het stadsdeel werkt aan een uitwisseling met stadsdeel Nieuw-West, met name het opstarten van preventieve projecten met verschillende groepen zoals scholieren, ondernemers, sportclubs..

Conclusies en aanbevelingen

Uit het onderzoek komt naar voren dat spanningen eerder ontstaan door ongewenst gedrag van buurtgenoten, dan door religieuze tegenstellingen. Risicofactoren voor spanningen zijn lokaal en praktisch aan te pakken. Enkele potentiële risicofactoren kunnen nog meer in het beleid worden opgenomen, bijvoorbeeld jeugdcriminaliteit en -overlast, vooral van jeugd tussen de 10-14 jaar en uitgestelde sloop. Bij het tegengaan van spanningen ligt er een taak voor meerdere betrokkenen: gemeente, corporaties, politie, burgers. Die kan bestaan uit:

  • terugdringen jeugdcriminaliteit en overlast;
  • verbeteren informele sociale controle;
  • stimuleren eigen kracht bewoners;
  • zichtbaarheid en benaderbaarheid professionals in de buurt;
  • integraal beleid.

Rapporten

De rapporten kunt u downloaden op www.verwey-jonker.nl en www.os.amsterdam.nl

Van het onderzoek verscheen ook een overkoepelende rapportage: Samenleven met verschillen.
Signaleren van spanningen en versterken van vertrouwen in Amsterdamse buurten
.
Auteurs: drs. Jolijn Broekhuizen, drs. Ron van Wonderen, m.m.v. drs. Josca Boers, dr. Erik van Marissing, drs. Jeroen Slot, prof. dr. Hans Boutellier.

Zie ook:

16 procent Amsterdammers ervaart spanningen tussen culturen (Parool)

Onderzoekers vinden in volkswijken afkeer van buitenlanders en overheid

De boze burger en het multiculturele onbehagen

"Amsterdam dreigt zijn tolerante ziel te verliezen"


l


Meer over amsterdam, etnische spanningen, multicultureel onbehagen, O+S amsterdam, onbehagen, onderzoek, verwey jonker.

Delen: