Veel steun voor brandbrief van Werkgroep Blijf-van-mijn-Niqaab-af

In opinie op 09-12-2015 | 22:57

Het kabinet heeft op vrijdag 27 november het besluit genomen om gezichtsbedekkende kleding voortaan niet meer toe te staan in onderwijs- en zorginstellingen, overheidsgebouwen en het openbaar vervoer. Naar aanleiding hiervan heeft Werkgroep Blijf-van-mijn-Niqaab-af een brandbrief opgesteld, die vorige week is bezorgd bij de Eerste- en Tweede Kamer en bij de Raad van State.

De brandbrief is mede ingediend namens ruim 50 islamitische organisaties en de onderzoekers Annelies Moors en Martijn de Koning. De brandbrief is op facebook geplaatst en is daar inmiddels meer dan 375 keer gedeeld en heeft vele honderden likes en reacties opgeroepen.

Het is de vierde keer dat er een voorstel is gedaan om een 'boerkaverbod' in te stellen. Iedere keer gaf de Raad van State een negatief advies. Ook deze keer stelt de Raad van State dat de noodzaak van een dergelijk verbod niet is aangetoond en zonder nadere onderbouwing niet verenigbaar is met de vrijheid van godsdienst. Die vrijheid is in het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) gewaarborgd. Volgens de RvS draagt het nieuwe wetsvoorstel geen wezenlijk nieuwe argumenten aan.

Hieronder de volledige brandbrief zoals die gepubliceerd op de facebookpagina Bijlf van mijn Niqaab af:

 

Brandbrief aan de Raad van State

Burgers van de Nederlandse samenleving worden onderdrukt en uitgesloten door de Tweede kamer!

Als Nederlandse, vrouwelijke, gezichtsbedekkende burgers, onze vertegenwoordigers, onze bondgenoten en alle overige benadeelden door het wetsvoorstel voor een beperkt verbod op gezichtsbedekkende kleding, zijn wij van mening dat de overheid van Nederland tekort schiet in het waarborgen van de rechten van haar burgers en het naleven van haar plichten. Al vanaf 2005 heeft de tweede kamer getracht met een verbod te komen op gelaatsbedekkende kleding, met name doelend op de zogenoemde “boerka”. Het op 22 mei 2015 ingediende wetsvoorstel dat een meerderheid van de stemmen uit de tweede kamer heeft gekregen kenmerkt zich door symboolpolitiek en slaat kant noch wal. In toenemende mate zijn wij ontevreden en teleurgesteld over de manier waarop de overheid omgaat met de rechten van haar burgers die ervoor kiezen zich te kleden zoals zij dat wensen en prettig vinden. Om die reden hebben wij gemeend dat het noodzakelijk is om hierover een helder signaal af te geven, dat wij doen in de vorm van een brandbrief. Hieronder zullen wij de aanleiding van dit signaal toelichten aan de hand van een aantal punten, waarin dit tekortschieten wordt geïllustreerd. Hierbij zullen we uiteraard ook de gevolgen hiervan voor de Nederlandse samenleving meenemen.

* Het aannemen van deze wet en het daadwerkelijk beboeten van burgers, omdat zij zich anders willen kleden in overheidsinstellingen, het onderwijs, de zorg en openbaar vervoer, is een werkelijk dieptepunt in de Nederlandse geschiedenis van de vrijheid van meningsuiting. De vrijheid van meningsuiting waar Nederla1nd zo bekend om staat! Een geschiedenis die zich juist kenmerkt door de strijd die het heeft moeten leveren om haar burgers de vrijheid te bieden die het vandaag de dag kent. De vrijheid te zijn wie je wilt zijn en je te kleden zoals je jezelf wenst te kleden. Het Nederland dat zelf grote kritieken levert op de landen waar men niet van deze vrijheden geniet en overheden die hun burgers onderdrukken door hen op te leggen wat wel en niet te zeggen, dragen e.d. Zelfs Amnesty is verbaasd over deze motivering. Volgens Amnesty is zo'n verbod in strijd met het recht op vrijheid van meningsuiting en godsdienst. De organisatie vindt dat vrouwen die hiervoor kiezen het recht hebben om een boerka of niqab te dragen als uiting van hun identiteit, mening of geloof.

Abdelkarim el-Fassi journalist en documentairemaker, heeft dit mooi verwoord : “Juist wij, zogenoemde “verlichte Europeanen”, de verdedigers van de liberale rechtstaat zouden moeten proclameren dat burgers mogen dragen wat ze willen dragen en mogen zijn wie ze willen zijn. In die rechtstaat dienen we minderheden die er een andere “way of life” op na houden te respecteren, of dat nou skinheads, gabbers, rastafari’s, gothic’s, hippies, Niqaabi’s of fervente startrek-fans zijn: Het recht om zelf uiting te mogen geven aan je identiteit is een product van de vrijheid die wij ondubbelzinnig en consequent moeten toepassen.”

Het is vooral een dreiging voor de democratie en de vrijheid van denken wat een nog hoger goed is dan de vrijheid van spreken. Immers laten velen middels kleding zien wie ze zijn en wat ze denken. De één uitgesprokener dan de ander. Een verbod hierop is een bedreiging voor the freedom of thought.

* De minister geeft aan o.a. met dit wetsvoorstel te komen om een duidelijke norm te willen stellen in de samenleving. De ontkerkelijking van Nederland en de opkomst van het feminisme hebben bijgedragen aan onze notie van hoe een vrouw zich vandaag de dag “hoort” te profileren. Er zijn geen universele en/of Nederlandse waarden die ons uitleggen hoe de vrouw zich in een bepaalde tijdsgeest dient te kleden. En gelukkig maar! Maar met dit verbod is er echter een begin gemaakt aan een gevaarlijke trend om de “Nederlandse identiteit” juridisch te waarborgen en daarmee burgers die niet aan die beschrijving voldoen uit te sluiten. Sterker nog… te beboeten! Dan rest ons de vraag: Waar zal dit in de toekomst naartoe leiden?

De gedachte aan een Nederlandse burger die van haar overheid in de strenge winter niet meer de keuze krijgt in een bus te stappen met een dikke sjaal om het gezicht gewikkeld in combinatie met een wollen muts, doet denken aan een repressieve overheid. Dit is namelijk de uitvoering van de wet om alle gezichtsbedekkende kleding te gaan verbieden. Voor welk probleem is dit verbod precies de oplossing? De vrijheden van religieuze minderheden moeten niet alleen gerespecteerd worden in naam van religie, maar ook uit angst voor repressie door de overheid. Wie werkelijk liberaal is zou zich hier grotere zorgen om moeten maken dan om de minimale groep die de gezichtsbedekking draagt. De aandacht voor de niqaab is buitenproportioneel en het gaat dan ook meer om symboolpolitiek dan om een daadwerkelijk maatschappelijk probleem.

* Als argument voor dit wetsvoorstel wordt de veiligheid en openbare orde benoemd. Echter is er geen enkel verband aangetoond tussen gezichtsluiers en bedreiging van de openbare orde of de veiligheid. Er zijn geen gevallen bekend waarin kinderen van schoolpleinen worden gehaald door vrouwen die gezichtsbedekkende kleding dragen, en ook niet van gevallen waarin zij een overval plegen e.d. Er zijn geen statistieken waaruit al deze beweringen worden gedaan. Wel zijn de cijfers talrijk als het gaat om de overvallen die worden gepleegd met een hoodie en/of pet. Over een hoodie en/of petverbod wordt in de 2e kamer echter niet gesproken.

Hoogleraar rechten aan de universiteit van Maastricht, Jan Smits, zegt over dit argument: “De invallende winter maakt dat velen met muts en sjaal de straat op gaan. Mijn hockeyend nichtje bedekt haar gelaat tijdens een wedstrijd ook en ik zie bij mij in de buurt wel eens vrouwen met een gezichtsmasker op het terras zitten van een naast een schoonheidssalon gelegen café. Een probleem voor de veiligheid zien we daar niet in. Dat maakt een boerkaverbod op grond van dit argument inconsequent: of het verbod geldt daadwerkelijk voor alle gezichtsbedekkende kleding (hetgeen praktisch onuitvoerbaar is) of het geldt omdat iemand moslim is (hetgeen zozeer in strijd komt met fundamentele rechten dat niemand het in zijn hoofd haalt dit voor te stellen).”

Professor Moors benoemt dit argument ook in haar rapport : “Het is ook het argument van openbare orde en veiligheid dat in het coalitieakkoord van februari 2007 was opgenomen als legitimering voor een mogelijk algemeen verbod op gelaatsbedekkende kleding. Het kabinet heeft er vervolgens echter vanaf gezien om een dergelijk algemeen verbod in te stellen, omdat vertegenwoordigers van de politie, de douane, en het openbaar vervoer allen lieten weten dat de huidige wetgeving hen al genoeg middelen biedt om de openbare orde te handhaven en dat de gezichtssluier op zich niet als een veiligheidsrisico aangemerkt kan worden. Herhaaldelijk kwam in de media naar voren dat er op dit terrein geen problemen zijn op Schiphol, dat het aantal vrouwen dat met een gezichtssluier gebruikt maakt van het openbaar vervoer zeer klein is, dat zij bovendien geen bijzondere problemen veroorzaken en geen veiligheidsrisico vormen.”

Het lijkt dan ook meer op een hetze en vooral bangmakerij waar een aantal partijen in de tweede kamer gretig gebruik van maken in de strijd om haar zetels. En wij vragen u als overheid om hier niet in mee te gaan. Moet deze niet reële angst die niet op feiten gebaseerd is leiden tot een hele wetgeving?

* De communicatie is een ander argument voor dit wetsvoorstel. In Engeland waar geen verbod is draaien vrouwen die gezichtsbedekkende kleding dragen volop mee in de samenleving, zonder de zogenoemde belemmering van communicatie. Een ander voorbeeld is een Nederlandse docent die les heeft gegeven aan een opleiding voor journalistiek in San’aa, Jemen, waar een groot aantal studentes een gezichtssluier draagt. Toch merkte hij al snel dat hij heel goed in staat was om hun reacties in te schatten, en dat deze vrouwen niet minder actief in de seminars participeerden (Volkskrant 23 januari 2007) Ook blijkt uit de resultaten van een onderzoek aan de Universiteit van Amsterdam het niet zo moeilijk is gevoelens te herkennen wanneer een gezichtssluier wordt gedragen zolang de ogen zichtbaar zijn. (Volkskrant 15 februari 2008). En uit gesprekken met stafleden aan een universiteit in Nederland die onderwijs gaven aan een groep studenten waarvan er twee een gezichtssluier droegen, bleken er geen echte problemen te zijn die te maken hadden met het proces van communiceren zelf. In het besluit van de commissie gelijke behandeling (CGB) in 2000 werd non-verbale communicatie voldoende mogelijk geacht wanneer iemand een gezichtssluier draagt. En in de praktijk draagt een hartchirurg, die een immens moeilijke open hart operatie moet uitvoeren dat zeer secure en precisiewerk vereist, een mondkapje. De communicatie verloopt in de operatiekamer enkel middels spraak en de ogen. Nooit is er beklag geweest over een chirurg die zijn mondkapje af zou moeten doen omdat de communicatie wellicht tot nare gevolgen voor de patiënt zou kunnen leiden. Hebben wij dan niet de angst dat deze chirurg verkeerd communiceert met zijn collega en dat fatale gevolgen heeft voor de patiënt?! Wederom een argument dat geen stand houdt.

* Onderdrukking, emancipatie en integratie. Uit het onderzoek van professor Moors in opdracht van de overheid komt duidelijk naar voren dat met name hoogopgeleide moslima’s, veelal bekeerde vrouwen of anders vrouwen van de 2de en/of 3de generatie, die de Nederlandse taal uitstekend beheersen en zichzelf op vele vlakken ontwikkeld hebben, de niqaab dragen. Velen van deze vrouwen hebben een eigen inkomen, hetzij als onderneemster, thuiswerk of dienstverlening aan kinderen of vrouwen. Tel daarbij op dat de meesten een hele strijd hebben moeten leveren met familie en vaak ook de echtgenoot om deze niqaab te kunnen dragen. De bewering dat deze vrouwen onderdrukt en geforceerd worden om de niqaab te dragen is dan ook niet gefundeerd en staat haaks tegenover de conclusie van de professor in haar rapport. Bij het algemeen overleg in april 2008 vinden de kabinetsministers dat een algemeen verbod geen oplossing is voor emancipatie; het kan er zelfs toe leiden dat vrouwen minder bewegingsvrijheid hebben. De logica van deze redenering volgend blijft dan wel onduidelijk waarom dat niet evengoed zou gelden voor een beperkt verbod, waarbij deze vrouwen bijvoorbeeld uitgesloten worden van het onderwijs, het openbaar vervoer, etc.

De enige onderdrukking die deze vrouwen ervaren is de onderdrukking van haar overheid die met dit wetsvoorstel medebepaald wat zij wel of niet mag dragen. De staat zou zich niet als feminist moeten opstellen. Dit verbod levert dan ook een paradox op: De liberale democratie schort bij een gedeeltelijk “boerkaverbod” de individuele vrijheid van de niqaabdraagster op om haar vrijheid (hoe symbolisch ook) niet te verstoren.

* De vraag is ook wat bereikt men met deze wetgeving? Met dit verbod zou een gezichtsgesluierde moeder niet verder mogen komen dan de poorten van het schoolplein als zij haar kind naar school brengt. Op ouderavonden en rapportgesprekken zal ze met haar niqaab niet meer welkom zijn. Dit verbod in onderwijsinstellingen zet zich door naar de educatieve ontwikkeling van de vrouw zelf, die geen opleiding, cursussen of bijscholing meer kan genieten. Wat nog erger is, is dat deze vrouwen met hun niqaab geen gebruik meer mogen maken van de gezondheidszorg, met als gevolg het lang rondlopen met gezondheidsklachten die verergeren. Ook gebruik maken van het openbaar vervoer zal voor hen niet meer mogelijk zijn, wat maakt dat zij zich niet vrij kunnen verplaatsen. Want de niqaab afdoen zal voor deze vrouwen geen optie zijn ondanks de beperking die haar overheid haar oplegt. Dit maakt dat deze vrouwen door haar overheid afhankelijk gemaakt wordt van anderen. Isolatie en uitsluiting is het gevolg van het uitvoeren van dit wetsvoorstel.

* Dit wetsvoorstel werkt de polarisatie enkel in de hand en zet mensen tegen elkaar op. Wij maken ons hier ernstige zorgen om. De gezichtsbedekkende vrouw voelt zich in toenemende mate onveilig op straat en op openbare plaatsen. Deze vrouwen lopen zelf een groter risico slachtoffer te worden van dreiging met geweld, volgens het onderzoek van professor Moors. In tegenstelling tot de bewering dat de maatschappij er veiliger op wordt bij een gedeeltelijk verbod. Uit ervaring weten wij dat, sinds het wetsvoorstel voor een algemeen verbod in 2012, verbaal en fysiek geweld is toegenomen jegens deze vrouwen. De mishandelde vrouw uit Eindhoven heeft de angst van velen bevestigd. De media ging hierna in gesprek met een aantal gezichtgesluierde vrouwen. Volgens Um Abdurrahman, een 35-jarige bekeerde moslima, die al veertien jaar een niqaab draagt, is dit het vierde geweldsdelict tegen niqaabdraagsters sinds de zomer van 2013. ,,En dan heb ik het alleen over Eindhoven!”

Samenvattend, de nadelige gevolgen van dit wetsvoorstel:

  • Beperking van de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst.
  • Beperking van de vrijheid je te kleden zoals je wenst.
  • Angst creëren in de samenleving
  • Onderdrukking en uitsluiting van volwaardige Nederlandse burgers
  • Vrouwen afhankelijk maken van anderen nadat ze onafhankelijk waren
  • Isolement van anders-geklede burgers.
  • Verslechtering van de gezondheid van deze burgers.
  • Belemmering van de educatieve ontwikkeling.
  • Polarisatie. Het opzetten van groepen tegen elkaar
  • Vermeerdering van verbaal en fysiek geweld jegens anders-geklede burgers.


Hoe moet het volgens ons dan wel?

Het wetsvoorstel voor een beperkt verbod op gezichtsbedekkende kleding afwijzen, omdat het in strijd is met de Nederlandse wet en met de internationale mensenrechten. En de huidige wetgeving naleven in het beschermen van elke burger ongeacht zijn kledingkeuze. In praktijk is er al overeenstemming en samenwerking tussen de desbetreffende burgers en hun dienstverleners: de vrouwen doen bij identificatie netjes hun gezichtssluier omhoog, in de zorg doen zij deze in de behandelkamer af. Het is onrechtvaardig deze vrouwen uit te sluiten en ze te isoleren omdat er sprake is van een subjectief angstgevoel bij bepaalde burgers. Laten we onze ogen niet sluiten voor deze dubbelzinnige Europese trend in het volgen van het verbieden jezelf te uiten. Heb het lef om u niet volledig te laten leiden door de politieke waan van de dag, waarin de gezichtssluier mede door de media in een negatief daglicht is geplaatst, maar baseer u op de realiteit!

Wij vertrouwen op u als overheid dat u onze brandbrief serieus neemt.

Met vriendelijke groet,

Werkgroep Blijf-van-mijn-Niqaab-af
Namens vele Nederlandse moslima’s uit het hele land,

S. lakbiach, K. Rahmani, O. Moussaoui en S. Azarkane

Werkgroep Blijf-van-mijn-Niqaab-af
Email: kleedmijnietaan@hotmail.com
FB: BlijfvanmijnNiqaabaf

En onze bondgenoten:

Annelies Moors (Hoogleraar UvA)
Martijn de Koning (onderzoeker UvA/RU)
Basisschool As-siddieq (Amsterdam)
Moskee Arrayan (Amsterdam Noord)
Stichting Al-amal (Utrecht)
Stichting Amanah Uitvaartzorg
Buurtteam Organisatie Utrecht
Stichting Moslimjongeren
Moskee Essalaam (Hoograven)
IBS Al Hambra
Stichting As-soennah (Den Haag)
Al-yaqeen Zuster-commissie
Al Himma (Amsterdam)
Moskee el Tawheed (Amsterdam)
School el Tawheed
Al-hidayah zusterteam (Den Haag)
Jongerenstichting Salaam4you
Stichting Al- yatiem
Aysun Fidan (starter petitie tegen het verbod)
Asma Claassen
Moskee El Oemma ( Den Haag)
Promoslim.nl
Moslimjongeren Almere
Dar al-Fahm
Moskee el-Feth (Bergen op zoom)
Moskee Almouwahidin (Naaldwijk)
Partij van de Eenheid
Moskee Omar Al Farouq (Utrecht)
Moskee Alhijra (Vlaardingen)
Stichting al- Ighaatha
Stichting Halalpolitie
Moskee Taubah, (Veenendaal)
Moskee Al Mouahidien, (Naalwijk)
Moskee Nour, (Gouda)
Moskee Assalam, (Gouda)
Moskee al- Oummah, (Den Haag)
Stichting Dawah-Groep, (Utrecht)
Moskee Ibrahim, (Maasluis)
Moskee Quba, (Den haag)
Stichting Waqf, (Eindhoven)
NMR (stichting Nederlandse moslim raad).
Stichting Al Dawah Al Islamia, (Utrecht)
Islamitische Centrum Al Fajr, (Helmond)
Marokkaanse islamitische gemeenschap Zwolle, (Zwolle)
Islamitische Religieuze stichting Jamatoel Moeslimien, (Roermond)
Stichting Islamitisch Centrum Tawhied, (Roermond)
Moskee Mimar Sinan, (Den Haag)
Moskee Al-Feth, (Tilburg)
Stichting Polder Dawah Centrum, (Almere)
Stichting alFitrah (Utrecht)
Stichting Al-Istiqaamah ( Utrecht)
Moskee assoenat (Weesp)
Boutique Sotra
Anasheedgroep Al Farah
Anasheedgroep Firqat Diyae
Stichting Vertrouwenshertel, Burger & Overheid VBO (Den Haag)

Bron: facebookpagina Blijf-van-mijn-niqaab-af

Links:

Meer artikelen over het boerkaverbod op Republiek Allochtonië hier

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

Waardeert u ons werk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook!  


 


Meer over boerka, boerkaverbod, emancipatie, gezichtsbedekkende kleding, islam, niqaabverbod, Werkgroep Blijf-van-mijn-Niqaab-af.

Delen:

Reacties


John Dubbelboer - 11/12/2015 08:37

België en Frankrijk hebben nu in Europa een boerkaverbod, Op 1 juli 2014 deed het Europese Hof voor de Mensenrechten in Straatsburg uitspraak over een klacht tegen Frankrijk. Het Franse boerkaverbod was niet in strijd met het EVRM. Er is van alles op te merken (en aan te merken) over deze uitspraak. Hoewel niet erg relevant kan toch gezegd worden dat van de 17 rechters er slechts 2 een “dissenting opinion” hadden. Frankrijk had drie argumenten naar voren gebracht, gendergelijkheid, menselijke waardigheid en het zogenaamde “vivre ensemble”. Het beroep op dit laatste werd gehonoreerd. De algemeen bestaande onvrede dat andere mensenrechten zo snel het loodje leggen bij een confrontatie met de vrijheid van godsdienst, is gehoord. En ook is gehoord de klacht dat het Europese Hof minder de Europese overheden in de wielen zou moeten rijden.
Welnu, wat is de conclusie?
Nederland zou het weer kunnen proberen met het beroep op menselijke waardigheid. Die is door Frankrijk enigszins knullig verwoord. Dat kan Nederland beter. Om in de juiste stemming te komen zou men van de zomer in München moeten gaan rondwandelen. Daar verzamelen zich grote aantallen toeristen uit de Golfstaten en daar zien we de mannen in de meest trendy kleertjes rondstappen en rondkijken terwijl grote “kuddes” geheel zwart omhulde vrouwen worstelen met de wind die hun gewaden aangrijpt.
Wie dit fenomeen wil vergelijken met gabbers en punkers, is te kwader trouw.
Maar het meeste succes zal dus hebben een beroep op “vivre ensemble”, en dat is een vaag begrip maar het verwijst naar sociale cohesie en naar inclusie. Dat is weer een nieuw geluid in het discours dat tot nu toe werd gedomineerd door individualisering ( gabbers !) en multiculturisme.
Met de realiteit van deze uitspraak van het Hof moet men rekening houden. Daar helpt de term “brandbrief” en de handtekening van Martijn de Koning en die van tientallen dorpsmoskeetjes geen lieve moedertje aan.