“Ontzettend jammer dat islamofobie niet expliciet wordt benoemd”

In opinie door Claire Schut op 03-12-2020 | 11:52

Op 29 november publiceerden een aantal hoogleraar-juristen van de Faculteit der rechtsgeleerdheid van de universiteit Leiden een ‘Open Brief tegen antisemitisme, racisme en discriminatie en het bagatelliseren of normaliseren daarvan’. Claire Schut mist in deze opsomming moslimhaat.

De open brief tegen antisemitisme, racisme en discriminatie en het bagatelliseren of normaliseren daarvan, ziet er als volgt uit:

“Wij spreken ons uit tegen elke vorm van antisemitisme, racisme en discriminatie en het bagatelliseren of normaliseren daarvan

 “Elk jaar op 26 november wordt aan onze universiteit de Cleveringa-rede uitgesproken ter herdenking van de protestrede van prof. Cleveringa in 1940 tegen antisemitische maatregelen van de Duitse bezetter en ter bevestiging van waarden van gerechtigheid. Zo ook dit jaar. Roméo Dallaire, commandant van de VN-troepen in Rwanda ten tijde van de genocide in 1994, sprak over de gruwelijkheden waar racisme toe kan leiden, de gevolgen daarvan voor zijn eigen mentale gezondheid en over ethische verantwoordelijkheid.

“De Cleveringa-rede valt dit jaar samen met het moment dat in Nederland eens te meer zichtbaar is geworden dat antisemitisme, vreemdelingenhaat, antidemocratische en antirechtsstatelijke opvattingen in bepaalde kringen volstrekt normaal of op zijn minst acceptabel lijken te zijn geworden. De herdenking van Cleveringa’s rede, dit jaar 80 jaar geleden, herinnert ons eraan dat we niet zwijgend mogen blijven toekijken naar het schouwspel dat aan ons voorbijtrekt.

“Daarom staan wij op en spreken we er onze afschuw over uit. In de geest van Cleveringa doen we er niet het zwijgen toe, maar openen we het gesprek hierover, met elkaar, met onze studenten, met de samenleving. Zonder rancune, vooroordeel of superioriteitsgevoel, maar op basis van feiten en met erkenning van gelijkheid van een ieder. Zo eren wij Cleveringa en dienen we onze vrije democratische rechtsstaat.”

Onder de Open Brief werden medewerkers van de universiteit Leiden en andere universiteiten uitgenodigd om vooral te reageren. Hoewel ik niet onder de doelgroep val, heb ik toch gereageerd. Want ik dacht: 'Bravo! Lovenswaardig initiatief. Moge goed voorbeeld doen volgen. Dat is hoog nodig. Wel vind ik dat aan deze (na jaren en jaren van oorverdovende stilte) toch best moedige stellingname ook islamofobie en vreemdelingenhaat niet hadden mogen ontbreken. Daarvan is in casu ook sprake, terwijl dat openlijk en stelselmatig, zelfs door de regering en de mainstream media, wordt gebagatelliseerd en genormaliseerd. Stel je voor dat de hoogleraar-juristen deze kleine maar o zo relevante aanvullinkjes aan hun Open Brief zouden willen toevoegen. Dat zou pas een krachtige stellingname zijn. En het zou recht doen aan een grote groep Nederlanders, vluchtelingen en anderen.' 

Dus mailde ik mijn reactie aan de hoogleraar-juristen van ook ‘mijn’ vroegere rechtenfaculteit, hopend op witte rook dat mijn reactie toch zou worden geplaatst. De tijd verstreek. Het bleef stil uit Leiden. Mijn reactie werd niet geplaatst. Regels zijn regels. Dat had ik als jurist kunnen weten. 

Jammer. Een gemiste kans. Want de aanvulling ‘islamofobie en vreemdelingenhaat’ is niet alleen uiterst actueel en relevant. Ze was ook bedoeld als hart onder de riem, te beginnen van Nawal Mustafa die op de Open Brief heel begrijpelijk had gereageerd met: 
 

“Heel goed initiatief, maar ik vind het ontzettend jammer dat islamofobie niet expliciet wordt benoemd.” 

Niet geschoten, altijd mis. Ik probeerde het opnieuw: 

“Wat jammer dat u het reageren op de Open Brief niet openstelt voor anderen, zoals (oud)-studenten. Ik had graag op uw brief gereageerd: Ook ik spreek mij uit tegen elke vorm van antisemitisme, islamofobie, vreemdelingenhaat, racisme en discriminatie, en tegen het bagatelliseren of normaliseren daarvan.”

En raad eens wat? Sinterklaas bestaat. 

Nu nog proberen of de hoogleraren van de Faciliteit der Rechtsgeleerdheid van de Rijksuniversiteit Leiden hun Open Brief willen aanpassen met die kleine, maar uiterst relevante toevoeging: 

Wij spreken ons uit tegen elke vorm van antisemitisme, islamofobie, vreemdelingenhaat, racisme en discriminatie, en tegen het bagatelliseren of normaliseren daarvan.”

Je kunt hier reageren. 

Aanvulling (7 december 2020) na ondertekening van de brief door Cliteur:

Wat ontzettend ‘niet chique’ van de heer Cliteur om de Open Brief te ondertekenen. Hij heeft jarenlang de kans gehad om zo’n statement te maken, om klip en klaar afstand te nemen van de fascistische fantasieën van zijn protégé. Dat heeft hij niet gedaan, zelfs afgelopen weken niet. Door dat nu ineens wel te doen, gebruikmakend van de Open Brief van zijn collega’s, laadt de heer Cliteur de verdenking op zich dat hij dat slechts doet uit opportunistische en strategische overwegingen, met name met het oog op het onderzoek dat naar hem is ingesteld en mogelijk ook om zijn collega’s een tik op de vingers te geven of een hak te zetten. In elk geval bezorgt zijn actie mij als ondertekenaar – en mogelijk ook andere (potentiële) ondertekenaars – een ongemakkelijk gevoel. Ik tekende voor de inhoud van de brief, niet voor de heer Cliteur. Ik zou het bovendien jammer vinden, als potentiële ondertekenaars hierdoor zouden worden afgeschrikt, want de stellingname in de Open Brief is uiterst relevant en een belangrijk signaal.

Dat gezegd hebbende, sta ik nog steeds vierkant achter de inhoud van deze Open Brief. Ook ik spreek mij dus (nogmaals) uit tegen elke vorm van antisemitisme, moslimhaat, xenofobie, racisme en discriminatie, en tegen het bagatelliseren of normaliseren daarvan.

 


Meer over moslimhaat.

Delen:

Reacties


Anne-Ruth Wertheim - 04/12/2020 12:23

ik heb dit stuk op mijn Facebook pagina gezet!