Godsdienstvrijheid en ritueel slachten

In opinie door Bart Voorzanger op 17-02-2011 | 20:25

Tekst: Bart Voorzanger

Het wetsvoorstel over onverdoofd slachten van de Partij voor de Dieren leidde tot een paar opmerkelijke rabbinale reacties. Tijd voor enige bezinning?

De Partij voor de Dieren diende een wetsvoorstel in om joods of islamitisch ritueel slachten alleen toe te staan wanneer dieren daarbij vooraf worden verdoofd. Mij lijkt dat een zinnig initiatief, al gaat het me lang niet ver genoeg. Wat mij betreft zou een dier dat je besluit te slachten direct nadat het uit wei of stal gehaald is, snel en pijnloos moeten worden gedood. Het vervoer naar en het wachten bij het slachthuis is een uiterst stressvolle ervaring die je een dier dient te besparen.

Maar de godsdienstvrijheid dan? Het simpele antwoord is dat die hier in het geheel niet in het geding is. Op dit moment geldt de uitzondering in de wet die onverdoofd slachten mogelijk maakt alleen de slacht volgens joodse en islamitische regels, en jodendom noch islam verplichten hun gelovigen vlees te eten. Wie vlees van dieren die voor de slacht werden verdoofd haram of treife acht, wordt maar vegetariër.

Protesten van joodse zijde tegen de nu voorliggende wetswijziging blinken – dan ook – niet uit door zakelijke argumenten. Rabbijn Cooper van het Simon Wiesenthal-centrum verwijst naar antisemieten in het algemeen en nazi’s in het bijzonder die als onderdeel van hun haat- en genocidecampagne de slacht volgens joodse riten onmogelijk wilden maken. Da’s even waar als irrelevant. En door het te vermelden terwijl het nergens een argument voor is, suggereert Cooper dat de medestanders van Marianne Thieme antisemieten zijn. Hij zegt het niet, hoor, en hij zal desgevraagd ook vast ontkennen dat zoiets zelfs maar bij hem opkwam.

Rabbijn Evers van het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap meent dat deze kwestie zijn godsdienstvrijheid raakt. Onzin dus; zie boven. Hij voert aan dat de joodse slacht voor binnenlandse consumptie zeer beperkt is. Is iets kwalijks minder kwalijk als het minder vaak gebeurt? En hij beroept zich op de aandacht voor het dierenwelzijn die het jodendom altijd gekenmerkt heeft. Dat is waar, en mooi, maar niet ter zake, tenzij je meent dat wie slecht behandeld wordt niet mag klagen omdat zijn kwelgeest immers zo aardig is tegen anderen.

Wel terecht is Evers’ vraag of de moderne verdovingsmethoden echt zo pijnloos zijn. Een elektrische schok, een pen door het hoofd, of een slag op de kop zijn door de wet als ‘verdovings’-methoden toegestaan. ’t Zijn stuk voor stuk ingrepen die we nooit als ‘verdoving’ zouden aanduiden als het om mensen ging. En dat brengt me terug bij de eerste alinea van dit verhaal.

Als je werkelijk iets doen wilt aan de beestachtige manier waarop wij dieren behandelen alvorens ze te consumeren, zul je de hele procedure grondig moeten herzien, zo grondig dat de massale productie, en daarmee ook consumptie, van vlees die we nu kennen, onmogelijk wordt. De zin van het voorstel van Marianne Thieme is dan ook vooral dat er weer eens even aandacht is voor een bedrijfstak waar de meesten van ons liever niet bij stilstaan. ’t Mocht ons eens de eetlust benemen.

Dit artikel is van Bart Voorzanger en eerder verschenen op zijn eigen weblog. Eerdere blogs van Bart Voorzanger die op Republiek Allochtonie zijn verschenen vindt u onder de tag bart voorzanger


Meer over bart voorzanger, godsdienstvrijheid, islam, jodendom, partij voor de dieren, ritueel slachten.

Delen: