Taalprullenbak special: Armoede ≠ Onveilige thuissituatie

In opinie door Zoë Papaikonomou op 09-04-2020 | 07:50

Woorden kunnen verbinden, maar ook uitsluiten. Zeker als het gaat over discriminatie en racisme. Historica en onderzoeksjournalist Zoë Papaikonomou bespreekt in de serie Taalprullenbak woorden, begrippen en uitdrukkingen die uitsluiting in de hand werken en rijp zijn voor Taalprullenbak.

Dit keer gooi ik geen woord, begrip of uitdrukking in de Taalprullenbak, maar de framing van het begrip armoede. De afgelopen weken is er veel media-aandacht voor de gevolgen van de scholensluiting voor kinderen in ingewikkelde thuissituaties. Dat is ontzettend belangrijk, want die aandacht zorgt voor zichtbaarheid en kan bijdragen aan verlichting van de problematiek.

Framing

Maar in veel artikelen wordt een onveilige thuissituatie nogal makkelijk gekoppeld aan armoede wat leidt tot framing. In het AD lezen we bijvoorbeeld op 6 april in de headline: ‘Vooral kinderen uit arme gezinnen raken achterop door de scholensluiting (en dit is waarom)’. In het artikel wordt vervolgens gestrooid met termen als ‘zwak sociaal milieu’ en ‘huiselijk geweld’ gekoppeld aan het feit dat 1 op de 5 kinderen in Rotterdam in armoede opgroeit. Zeker, armoede is een risicofactor als het gaat om onveilige thuissituaties, maar niet de enige. Er zijn genoeg arme gezinnen die het prima voor elkaar boksen in deze tijd. Die inventief zijn (zelfs zonder laptop) en ondanks de weinig middelen die ze hebben vaak ook anderen tot steun zijn. Net als dat genoeg rijke gezinnen onveilig en kwetsbaar kunnen zijn. Ook een hoger opleidingsniveau is geen garantie voor een veilige thuissituatie. Sterker nog, in het geval van huiselijk geweld geven personen met een middelbaar of hoger opleidingsniveau vaker aan slachtoffer te zijn van huiselijk geweld (CBS Impactmonitor HGKM 2019).

'De achterstandswijk'

Wat ook bijdraagt aan de negatieve framing van armoede is de overmatige aandacht voor ‘de achterstandswijk’. Zo bericht de regionale krant Tubantia op 25 maart over zorgen voor een tweedeling in het onderwijs, waarbij kansarme kinderen nog verder achteropraken. De directeur van het Jeugdeducatiefonds wordt aangehaald:

“… in achterstandswijken, zoals Overvecht, zie je veel kinderen zonder laptop. Dat is lastig thuiswerken. […] Normaal gesproken zie je na een weekendje thuiszitten al dat hun woordenschat is gekelderd. Dan gaat het niet eens alleen om kinderen met een migrantenachtergrond. Ook bij veel leerlingen op witte scholen is het taalniveau onvoldoende. Nu kinderen langdurig thuiszitten, wordt dit alleen maar minder.”

De wildgroei aan vooroordelen en stereotypen over armoede en afkomst in slechts een paar zinnen is overweldigend. Een nieuwsitem van de NOS op 18 maart daarentegen lijkt in eerste instantie een positief verhaal te brengen vanuit Amsterdam Zuidoost. Een stadsdeel waar in de regel negatief over wordt bericht. De nieuwsverslaggever is op bezoek bij een basisschool waar ouders en kinderen het schoolwerk voor de komende weken komen ophalen.

Maar al snel gaat het item vooral over de bezorgde juf die zich afvraagt of de kinderen uit haar klas het allemaal wel gaan redden met de achterstanden en ingewikkelde situaties waar sommigen mee kampen. Dit zijn natuurlijk terechte zorgen; het is goed dat zij hier aandacht voor vraagt. Maar waarom wordt dit nu juist weer uitgelicht op een school in Amsterdam Zuidoost? Als Amsterdammer valt het me op dat juist deze wijk en ook Amsterdam Nieuw-West weer regelmatig terugkeren in berichtgeving als voorbeelden van wijken waar allerlei sociale uitdagingen verergeren in Coronatijd. Het gaat me er niet om dit te ontkennen of dat hier geen aandacht voor mag zijn, maar waarom weer zo vaak deze wijken? Er zijn in heel Nederland genoeg buurten met sociale problematiek; leg het vergrootglas daar eens op in plaats van op plekken waar de negatieve lens al zo vaak op wordt gericht.

Het is buitengewoon belangrijk om aandacht te hebben voor gezinnen die het zwaar hebben (graag ook buiten coronaseizoen als het kan), maar we moeten als mediamakers een scherp oog hebben voor de taal die we gebruiken en de beelden die we oproepen. De coronacrisis gaat hopelijk snel weer voorbij. Maar framing niet. Stereotypen blijven en worden alleen maar sterker naarmate we ze herhalen. En de consequenties ervan worden gedragen door degenen over wie ze gaan. Meestal niet door degenen die ze de wereld in helpen of versterken.

Lees ook: 

Taalprullenbak #1: 'westers' en niet-westers'

In de Taalprullenbak #2: politiek correct

Foto

Zie ook het taaldossier op One World

 

Wilt u dat Republiek Allochtonië blijft bestaan? Waardeert u ons vrijwilligerswerk? We kunnen uw steun goed gebruiken. U kunt Republiek Allochtonië steunen en een klein (of groot) bedrag doneren (nu ook via I-deal)

Neem een abonnement op onze dagelijkse nieuwsbrief: Subscribe to Republiek Allochtonië by Email


Meer over armoede, framing, media, taalprullenbak.

Delen: