Uitkeringen en allochtonen

In achtergronden op 01-10-2010 | 17:12

Autochtonen en allochtonen hadden tussen 1999 en 2006 even vaak een werkloosheidsuitkering. Niet-westerse immigranten ontvingen vaker een arbeidsongeschiktheidsuitkering in deze periode. Dat blijkt uit promotie-onderzoek aan de Universiteit van Amsterdam.

De werkloosheidsuitkering (WW) komt even vaak voor onder autochtonen en allochtonen: in eerste instantie lijkt de eerste generatie mannen uit de niet-westerse groepen een hogere kans te hebben op WW ten opzichte van autochtonen (3 tot 5% versus 2,4%). Maar dat verschil is meestal grotendeels te verklaren vanuit achtergrondkenmerken zoals leeftijdsverschillen.
De kans op arbeidsongeschiktheidsuitkering (AO) is vooral hoog bij eerste generatie Turkse en Marokkaanse mannen en bij Turkse en Surinaamse vrouwen.
Een opvallend hoog percentage tweede generatie immigranten met een niet-westerse achtergrond heeft hun uitkering wegens arbeidsongeschiktheid op grond van de Wajong- regeling. Opmerkelijk vaak ligt aan de uitkering een psychiatrische aandoening ten grondslag.

Het gebruik van bijstand door ‘oudkomers’ (immigranten die voor 1999 arriveerden) is relatief hoog.

Lees een uitgebreid verslag bij wereldjournalisten


Meer over allochtonen, onderzoek, uitkeringen, wereldjournalisten.

Delen: