Onderzoek naar PVV-stemmers: schokkende resultaten

In achtergronden door Ewoud Butter op 02-07-2015 | 09:41

Tekst: Ewoud Butter

Het onderzoek dat Motivaction vorig jaar onder moslimjongeren deed in opdracht van Forum bevatte 'serieuze tekortkomingen'. Die conclusie van onderzoeksbureau Labyrinth deze week was niet echt een verrassing.

Goed onderzoek kan helpen de werkelijkheid beter te begrijpen, maar slecht onderzoek of onvolledig onderzoek biedt vooral schijnwerkelijkheden en kan groepen ten onrechte stigmatiseren.

Laten we het ter illustratie eens niet over moslims hebben, maar over PVV-stemmers, een groep die in omvang bijna twee keer zo groot is als het aantal stemgerechtigde moslims in Nederland. Wat blijkt uit onderzoek naar deze groep?

Een kwart van de PVV aanhang vindt (politiek) geweld onder bepaalde omstandigheden acceptabel om bepaalde doelen te bereiken. Hiermee staat de PVV-aanhang positiever ten opzichte van geweld dan bijvoorbeeld de aanhang van het Vlaams Belang waar 23% politiek geweld acceptabel vindt. Van de aanhang van de Deense Volkspartij vindt 15% geweld acceptabel en van de Oostenrijkse FPÖ 17%, van de English Defense League 34% en van Bloc Identitaire 43%. Veel meer dan de aanhangers van andere rechts populistische partijen, is voor de PVV-aanhangers islamitisch extremisme een bron van zorg. 48% van de PVV-stemmers rekent islamitisch extremisme tot de 2 belangrijkste punten van zorg; bij alle andere rechts populistische partijen ligt dat op 40% of ver daaronder.

Dat blijkt allemaal uit het onderzoek The New Face of Digital Populism van de Britse denktank Demos op basis van een online enquete onder de aanhang van populistische rechtse partijen in Europa in 2011. 

Het onderzoek bevestigt het beeld in de grafiek hierboven uit een onderzoek van Motivaction uit 2009 (blz. 5) waaruit bleek dat 26% van de PVV'ers geweld af en toe toelaatbaar vindt tegenover 11% van de niet-PVV'ers. Dit percentage ligt ook hoger dan de 14% van de moslims (blz 247) die geweld soms toelaatbaar vindt. PVV'ers worden ook sneller nerveus  (31% tegen 9% in de bevolking). Uit hetzelfde Motivaction onderzoek (pagina 5 en 6) blijkt dat PVV'ers aanmerkelijk minder vaak problemen hebben met liegen in moeilijke situaties - zeg maar taqqiya. Zo probeert 33% in moeilijke situaties soms een probleem op te lossen met een leugentje (tegenover 18% in de totale bevolking). Ook zegt 18% van de PVV  wel eens misbruik te maken van iemands vertrouwen, tegenover 7% van de totale bevolking.

PVV'ers hebben volgens het Motivaction-onderzoek een geringe betrokkenheid bij de wereld. Uit onderzoek van GFK bleek ook dat PVV-stemmers minder geld aan goede doelen geven dan stemmers op andere partijen. Verder zijn er onderzoeken waaruit blijkt dat PVV-stemmers minder op hebben met culturele en etnische diversiteit en de emancipatie van vrouwen en homo's, Ze hebben ook weinig moeite met samenwerking met anitisemitische partijen in Europa. De PVV-stemmer heeft er gezien de aanhoudende populariteit van de partij blijkbaar ook geen moeite mee dat de afstand tussen de PVV en klassiek extreemrechtse formaties volgens onderzoekers is afgenomen.


In de hierboven geschreven alinea's is geen conclusie verzonnen. Ik verwijs alleen maar naar bestaand onderzoek.

Heb ik daarmee een representatief beeld geschetst van PVV-stemmers? Nee. Veel PVV-stemmers zullen zich hier niet in herkennen en zich gestigmatiseerd voelen of misschien de in die kringen wat populairdere term 'demoniseren' gebruiken. En als PVV-stemmers niet zelf tot nuance roepen, dan gebeurt dat wel door die politici of journalisten die sinds Pim Fortuyn voorzichtiger zijn geworden in het plakken van labels op politici of bewegingen die tegen de islam of de multi-etnische samenleving zijn. 
De verzameling hierboven gepresenteerde 'onderzoeksconclusies' illustreert dat het niet moeilijk is een groep te stigmatiseren met enkele onderzoeksresultaten. Met wat knip- en plakwerk, zonder heldere vraagstelling, zonder verdere context en nuanceringen, zonder definiëring van gehanteerde begrippen, zonder kennis van de diversiteit binnen de onderzoeksgroep en met wat statistiekjes en linkjes naar vaak slordig opgestelde peillngen, is het niet moeilijk een schokkend beeld te schetsen van sommige bevolkingsgroepen, zoals in dit geval van PVV-stemmers. (Lees in dit verband ook Achter de PVV van Chris Aalberts).

Turkse jongeren

Iets vergelijkbaars hebben we het afgelopen jaar gezien bij het rammelende onderzoek van Motivaction en Forum onder Turkse jongeren en in mindere mate bij het onlangs gepresenteerde onderzoek naar antisemitisme onder moslimjongeren van het Verwey Jonker Institituut.

Naar het eerste onderzoek, dat van Motivaction, heeft minister Asscher inmiddels onderzoek laten doen. Uit dit vorig jaar gepubliceerde onderzoek  getiteld ‘Nederlandse moslimjongeren en de Arabische herfst’,  zou blijken dat 90 procent van de Turks-Nederlandse jongeren Syriëgangers “helden” vindt. Een bijna even grote groep zou zou het goed vinden dat jihadisten voor verandering zorgen in het Midden-Oosten.  Minister Asscher liet na publicatie van het onderzoek meteen weten zich zorgen te maken en kondigde aan de opvattingen van de Turkse jeugd nader te willen laten onderzoeken, omdat hij direct ook enkele ongerijmdheden constateerde.

Er volgden vele, geregeld goed onderbouwde reacties op het Motivaction-onderzoek.  Sociaal-cultureel wetenschapper en VVD-raadslid Dilan Yesilgöz formuleerde treffend waarom dergelijke onderzoeken, in dit geval over Turkse jongeren, moelijk represenatief kunnen zijn:

De centrale fout die hierbij gemaakt wordt, is doen alsof de bijna vijfhonderdduizend Turken in Nederland een homogene groep vormen. Echter, ik durf hier de stelling aan dat de Turkse gemeenschap misschien wel de meest complexe en (politiek) diverse bevolkingsgroep in Nederland is. Deze groep bestaat onder meer uit orthodoxe, gematigde en liberale moslims, seculieren, atheïsten, Koerden, Armeniërs, Alevieten, Syriërs, Christenen etc. Daarnaast moet men rekening houden met de politieke stromingen in het land van herkomst, deze spelen in Nederland ook een grote rol. En aangezien bepaalde Turkse politieke partijen invloed uitoefenen op de Turkse gemeenschap in Nederland, is dit tevens een belangrijke factor om mee te nemen. Tel hier de impact van de Turkse media en de gebeurtenissen in Turkije bij op en je hebt een vraagstuk bestaande uit verschillende complexe lagen, waar nog aspecten als de sociaal-economische positie van de verschillende subgroepen in meegenomen dienen te worden.

Het onderzoek van Motivaction is nu dus zelf onderzocht door bureau Labyrinth. Vanuit dit bureau werd vorig jaar al direct forse en onderbouwde kritiek op het onderzoek van Motivaction geleverd. Labyrinth concludeert nu dan ook niet geheel onverwacht dat er "een aantal serieuze tekortkomingen” zaten in “de opzet en uitvoering van het onderzoek door Motivaction”. De formulering van de vragen zou niet eenduidig zijn geweest en ook zou het niet duidelijk zijn geweest wat de deelnemende jongeren precies verstaan onder termen als ‘jihadisme’ en ‘kalifaat’.  Labyrinth concludeert daarom “dat de uitkomsten geen representatief beeld geven van de opvattingen onder migrantenjongeren in Nederland”.

Te snel een onrijp onderzoek publiceren?

Asscher schrijft in zijn gisteren verstuurde brief aan de Kamer  dat het te betreuren is dat de kwaliteit van de Motivaction/Forum-verkenning onder de maat was. "Dat staat niet alleen een goed inhoudelijk debat over dit belangrijke onderwerp in de weg, maar heeft er ook toe geleid dat Turks-Nederlandse jongeren zich onterecht aangesproken en apart gezet voelden," schrijft hij terecht.

Je kunt je met terugwerkende kracht afvragen of het vorige jaar wel zo verstandig is geweest het onderzoek van Motivaction en Forum te presenteren - zeker omdat de minister bij de presentatie al ongerijmdheden constateerde. De publicatie van een rapport dat geen betrouwbaar beeld geeft, doet de beeldvorming van in dit geval moslims en Turkse jongeren geen goed.

Antisemitisme

Iets vergelijkbaars  gebeurde onlangs weer bij het onderzoek naar antisemitisme onder moslimjongeren: een onderzoek dat volgens het ministerie zelf nog niet volledig was, werd toch, na druk uit de Kamer, gepubliceerd. Dat Asscher toegaf aan de druk uit de Kamer siert hem vanuit democratisch oogpunt, maar het heeft de discussie over het maatschappelijk probleem, in dit geval antisemitisme,  vertroebeld en (voorlopig) niet echt verder geholpen. Ook op dit onderzoek kwam namelijk direct veel gefundeerde kritiek, bijvoorbeeld van Jaap Bosma,
Asscher heeft ook in dit geval opdracht gegeven tot een vervolgonderzoek "omdat dat het voor een zorgvuldige reactie op het onderzoek essentieel is om beter zicht te hebben op de beelden die met name islamitische jongeren hebben bij het zionisme en zionisten en in hoeverre dit zich mogelijk doorvertaalt in antisemitisme." 

Ook bij dit vervolgonderzoek worden nu al vraagtekens gezet. Een voor de hand liggende vraag is: Waarom beperkt de opdracht van Asscher zich tot een vervolgonderzoek naar alleen antisemitisme onder moslims als een opvallende conclusie uit het eerste onderzoek juist was dat weliswaar 12% van de moslims niet zo positief denkt over joden, maar dat 45% van de christenen niet zo positief denkt over Marokkanen en dat 34% van de christenen niet zo positief denkt over moslims?

Vervolgonderzoek naar Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse jongeren

Het vervolg dat wordt gegeven aan het Motivaction/Forum onderzoek is door Asscher in handen gegeven van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) dat een verdiepend kwalitatief onderzoek gaat doen naar de opvattingen van Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse jongeren. Ook zal er kwantitatief onderzoek worden gedaan naar de sociaal-culturele aspecten van integratie – zoals binding met en oriëntatie op Nederland en het land van herkomst. Het is winst dat er nu ook kwalitatief onderzoek wordt gedaan en dat het onderzoek door het gedegen SCP wordt uitgevoerd. Het zal wel een hele kluif worden om ook dit onderzoek representatief te laten zijn.

Het is niet moeilijk te voorspellen wat na dit vervolgonderzoek de knellende vraag zal worden: waarom wordt er alleen onderzoek gedaan naar Turks-Nederlandse of Marokkaans-Nederlandse jongeren? Wanneer de minister meer zicht op oorzaken van radicalisering wil hebben, is het toch ook interessant te kijken naar andere grote etnische groepen? Zo zitten er relatief veel  autochtone bekeerlingen tussen de Syriegangers. Hoe komt dat? En in welke mate zijn andere groepen Nederlandse jongeren gevoelig voor radicalisering en is er interesse voor bijvoorbeeld links of voor rechts extremisme? In hoeverre zijn jongeren die een hekel aan joden of juist aan moslims hebben, bereid om geweld tegen deze groepen te gebruiken?

Waarschijnlijk zal in het SCP-rapport de enorme diversiteit worden benadrukt binnen de groepen Turks-Nederlandse en Marokkaans-Nederlandse jongeren. Het zal moeilijk worden algemeen geldende uitspraken over de groepen te doen. En als het SCP dat niet benadrukt, zal dat ongetwijfeld de terechte kritiek worden. Wordt die nuance wel aangebracht,  dan zal Wilders de onderzoekers vervolgens weer te soft, te genuanceerd, links, te politiek correct, of gewoon 'knettergek' noemen en wellicht wordt Diederik Stapel er ook nog bij gehaald. De nuance die Wilders wel verwacht wanneer er uitspraken over zijn eigen achterban worden gedaan, passen niet in zijn politieke straatje wanneer het over moslims gaat.

De minister spreekt in zijn brief de hoop uit dat na het verschijnen van de beide SCP-studies we ons op basis van feiten op een inhoudelijke en betekenisvolle wijze met dit onderwerp kunnen gaan bezighouden. Ik hoop het ook. De studies verschijnen eind dit jaar en begin volgend jaar. Dan weten we meer.


Ewoud Butter is onderzoeker en hoofdredacteur van Republiek Allochtonië. Meer van Ewoud op dit blog hier of op zijn website. Ewoud is ook te volgen op twitter: @ewoudbutter


Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

 

Waardeert u ons vrijwilligerswerk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook!  


 


Meer over Asscher, ewoud butter, Marokkaanse jongeren SCP, moslims, Motivaction, onderzoek, PVV, PVV-stemmers, Turkse jongeren.

Delen:

Reacties


mw. R.A.Eijkelboom - 05/01/2017 14:52

Het stuk van Ewoud is goed onderbouwd. Ik weet dat er ook een onderzoek is gedaan naar het radicalisering van Nederlanders en dan schrik je, maar dat is op een of andere manier verdwenen in een politieke la.

Laat er ook maar eens een echt onderzoek komen naar de buitenlandse sponsers van hem, dan krijg je een beter beeld van hem.

Hoe loyaal is Geert Wilders aan onze Grondwet Artikel 1? Ieder nieuwkomend Kamerlid moet eerst de eed op onze Grondwet en metname Artikel 1 afgeleggen en ook Geert Wilders heeft dat gedaan. Alleen met zijn politieke/discriminerende uitspraken over Marokkaanse, moslim-Nederlanders en vluchtelingen is hij tever gegaan! Wilders speelt mensen tegen elkaar uit en zet ze als politicus tegen elkaar op met zijn houding en uitspraken en daar beschadigd hij onze samenleving mee!


bigs - 04/01/2017 11:30

al die onderzoekjes zeggen geen steek.. zolang het gros van het terreur uit een bepaalde hoek komt weet ik waar ik me vijanden kan verwachten.. je krijgt wat je oogst..

Peter - 07/07/2015 19:27

Subliem stuk. Het bevestigt al mijn vooroordelen.

Arjan - 02/07/2015 16:56

Uitstekend stuk. Ook relevant op 'wetenschappelijke' uitspraken als 'hoofddoek beste voorspeller van fundamentalisme'...

Faatje - 02/07/2015 11:45

Prachtig stuk van Ewoud. Het relativeert terecht generaliserende uitspraken over groepen en de hijgerigheid waarmee rammelende onderzoeken worden omarmd.