Beschuldiging antisemitisme in schoolboek ThiemeMeulenhoff ongegrond en misplaatst

In opinie door Jan Tervoor op 17-09-2015 | 08:34

Volgens Likoed Nederland is het schoolboek Het Midden-Oosten voor 6VWO antisemitisch. Historicus Jan Tervoort analyseert het schoolboek op antisemitisme of anti-Israëlische vooringenomenheid.

Afgelopen dinsdag bracht Likoed Nederland een persbericht naar buiten over een vermeend antisemitisch schoolboek Het Midden-Oosten voor 6 VWO van uitgeverij ThiemeMeulenhoff. Het persbericht met de beschuldiging van antisemitisme werd driftig gedeeld op sociale media. De politieke partij VNL stelde naar aanleiding van het persbericht en de ophef dinsdag direct Kamervragen aan de minister van OCW Jet Bussemaker. Aangezien er al eerder dit jaar een schoolboek over het Israëlisch-Palestijns conflict van uitgeverij Noordhoff - dat inderdaad tendentieuze anti-Israëlische passages bevatte - in het nieuws kwam, analyseerde onafhankelijk historicus Jan Tervoort, gespecialiseerd in het Israëlisch-Palestijns conflict, de integrale tekst, de kritiek van Likoed Nederland en de reactie daarop van de auteurs van ThiemeMeulenhoff.

Onjuistheden

Likoed Nederland constateerde 41 ‘fouten, vertekeningen of onvolledigheden’ die tendentieus zouden zijn en legde die afgelopen juni al aan de auteurs voor. Zij gaven dezelfde maand per punt een uitgebreide reactie. De hele correspondentie over die 41 punten met de reactie van ondergetekende per punt vindt u hier. Let u daarbij ook op hoe Likoed Nederland de vaak uitgebreide reactie van de auteurs verkort in haar persbericht weergeeft en soms verdraait om haar eigen beschuldiging, zoals bijvoorbeeld in punt 7, te ondersteunen.

Antisemitisme

Is het schoolboek Het Midden-Oosten van ThiemeMeulenhoff in zijn geheel of in passages antisemitisch? Nee, absoluut niet. Sterker nog de auteurs en redactie verdienen een compliment voor het evenwichtig en in begrijpelijke taal uiteenzetten van een zeer complex en gepolitiseerd stuk geschiedenis in een relatief korte tekst. Uiteraard zijn er in de tekst wel een aantal feitelijke onjuistheden, onhandige formuleringen of interpretaties te vinden maar die doen de evenwichtigheid van het geheel geen geweld aan, laat staan dat er sprake is van antisemitisme. Dit laat overigens onverlet dat feitelijke onjuistheden ten alle tijden door de uitgever in een volgende editie gecorrigeerd dienen te worden.

De Balfour Declaratie

Het belangrijkste pijnpunt voor Likoed Nederland is de behandeling van de Balfour Declaratie. Daar geven de auteurs een opsomming van de motieven van de Britse regering om in 1917 de Balfour Declaratie – belofte van steun voor de oprichting van een ‘Nationaal Tehuis’ voor de Joden in ‘Palestina’ – uit te geven. Een van die motieven luidt:


“De Britse regering zat in de oorlog dringend verlegen om geld. Joodse bankiershuizen zouden tot gunstige leningsvoorwaarden bereid zijn als de regering een gebaar maakte naar het Joodse volk.”
 

Likoed Nederland karakteriseert dit als klassiek antisemitisme in de betekenis dat de auteurs bedoelen dat Joodse bankiershuizen de Britse regering chanteerden. Dit is natuurlijk erg ver gezocht en bovendien is de stelling historisch correct. Binnen de Britse regering in 1917 was klassiek antisemitisme nog gangbaar en derhalve werd aangenomen dat de propagandastunt die de Balfour Declaratie feitelijk was, het zeer machtig geachte financiële ‘wereldjodendom’ gunstig zou stemmen. De Britten zaten op dat moment in de Eerste Wereldoorlog dringend om liquide middelen verlegen. Likoed Nederland verdraait hier de reactie van de auteurs in haar persbericht, als zouden zij schuld bekennen. Dat is niet het geval.

Onrecht

Een tweede steen des aanstoots voor Likoed Nederland is de titel van het tweede hoofdstuk: ‘Uit onrecht geboren, gegrondvest op onrecht’. Dit hoofdstuk behandelt de geschiedenis die tot de oprichting van de staat Israël leidde. Likoed Nederland maakt van deze titel dat de auteurs het bestaansrecht van Israël ontkennen. Het gaat hier echter om een titel van een hoofdstuk en op geen enkele manier blijkt uit dit hoofdstuk dat de auteurs het bestaansrecht van de staat Israël ontkennen. Met onrecht bedoelen de auteurs hier het Europese antisemitisme en de Holocaust. Dat wordt in de verdere tekst ook duidelijk. De titel van dit hoofdstuk is overigens ontleend aan het centraal examen uit 1976.

Discriminatie

Ook karakteriseert Likoed Nederland ‘de leugen dat Arabieren in Israël wettelijk gediscrimineerd worden’ die in de tekst op pagina 32 te vinden zou zijn, als antisemitisme. Bedoeld wordt hier de stelling van de auteurs dat Palestijnse Israëliërs niet in het leger mogen dienen of grond kopen. Die stelling is inderdaad feitelijk onjuist zoals de auteurs in hun reactie ook weergeven. Zij proberen hier echter in een paar zinnen weer te geven hoe de discriminatie van Palestijnse Israëliërs binnen de Israëlische samenleving, die wel degelijk een feit maar vaak niet wettelijk verankerd is, in zijn werk gaat. Om dat als antisemitisme te bestempelen is natuurlijk onterecht.

Likoed Nederland geeft in haar persbericht terecht aan dat het toenemende antisemitisme in Nederland een groot probleem is. Met het oog hierop roep ik Likoed Nederland dan ook op om haar aandacht te vestigen op het daadwerkelijk antisemitisme in Nederland. Echter, als we alles wat niet in het paradigma van Likoed Nederland past, bestempelen als antisemitisme, wordt de goede zaak alleen maar geschaad. Daarnaast is het van groot belang dat onze kinderen objectief correct onderwijs krijgen, zeker waar het gepolitiseerde en gepolariseerde historische onderwerpen betreft. In het huidige opinieklimaat lijkt het welhaast onmogelijk om over het Israëlisch-Palestijns conflict te schrijven zonder in een ‘antisemitisch’ of ‘zionistisch’ kamp geplaatst te worden. Ik roep een ieder op om de open discussie op basis van argumenten maar zeker het onderwijs van Nederlandse kinderen niet verder te belasten met deze polarisatie en framing.


De auteur kreeg van de uitgeverij geen toestemming om een link te plaatsen naar de hele tekst in verband met copyright. Mocht u de integrale tekst willen lezen neem dan contact op via twitter

Jan Tervoort is historicus, Amsterdamse stadsgids en zanger onder de naam @Amsterjan.

 

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

Waardeert u ons vrijwilligerswerk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook!  

 


 


Meer over antisemitisme, jan tervoort, likoed nederland.

Delen:

Reacties


Bram van Reemst - 02/02/2016 17:37

Ook zonder dat Joodse bankiers steun aan de vorming van een Joodse staat zelf als voorwaarde stelden voor leningen, kan de Britse regering wel gedácht hebben dat de Balfour-verklaring een gunstige invloed zou hebben op de voorwaarden van leningen. Het komt maar al te vaak voor dat mensen op eigen houtje iets bedenken over gedrag of gedachten van anderen.

Een probleem met de tekst in het schoolboek is wel dat de zinsnede “zouden ... bereid zijn” op verschillende manieren gelezen kan worden. Het werkwoord 'zouden' kan in het Nederlands zowel verwijzen naar twijfelachtige aannames als naar reële voorwaarden.

Er staat niet duidelijk in dat het hier om gedachten van de Britse regering gaat. Beter zou bijv. zijn: “De Britse regering zat in de oorlog dringend verlegen om geld en dacht dat Joodse bankiershuizen tot gunstige leningsvoorwaarden bereid zouden zijn als ...”

Likoed Nederland - 17/09/2015 19:52

“De Britse regering zat in de oorlog dringend verlegen om geld. Joodse bankiershuizen zouden tot gunstige leningsvoorwaarden bereid zijn als de regering een gebaar maakte naar het Joodse volk.” (letterlijke tekst uit het geschiedenisschoolboek)

Zowel de auteurs van ThiemeMeulenhoff als historicus Jan Tervoort – in een eigen analyse van het schoolboek op website Jalta – erkennen dat dergelijke Joodse bankiers nooit bestaan hebben.

U leest het goed: deze historici weten heel goed dat er niet één Joods bankiershuis heeft bestaan dat met gunstige leningsvoorwaarden de Britse regering wilde chanteren. Volgens Likoed Nederland zullen de meeste schoolkinderen door deze zin denken dat die chantage er wel geweest is.
Beiden weten dus dat die chantage door Joodse bankiers er niet is geweest, maar zij stellen dat sommige Britten desalniettemin 'hoopten' op meer of gunstiger leningen door de Balfour verklaring.

Dit voorwendsel gebruiken zij om een aanpassing van de tekst te weigeren.
Echter, die stelling kan nauwelijks bewezen worden en is ook moeilijk voor te stellen, als die bankiers dat nooit of te nimmer als conditie gesteld hebben.

Maar of zo een 'ingebeelde' hoop er wel of niet geweest is, vindt Likoed Nederland niet relevant.

De zin wekt een valse indruk en hoort daardoor simpelweg niet thuis in een Nederlands schoolboek. Elke onware suggestie van Joodse chantage is uit den boze. De aantijging dat "Joden met hun geld de wereld chanteren om die in het verderf te storten" was immers een hoofdargument in de antisemitische nazipropaganda, waaronder miljoenen Joden zijn vermoord.

Zeker historici dienen het besef te hebben dat het onbedachtzaam en onverantwoordelijk is om zelfs de suggestie te wekken dat hier toch een grond van waarheid in zou kunnen zitten. Want het is uiterst pijnlijk voor Joden - die daardoor dierbaren hebben verloren - en bevestigt antisemieten in hun denkbeelden.
Waarom moet dit zelfs nog uitgelegd worden - in deze tijd van herlevend antisemitisme?

Overigens constateert Likoed Nederland dat historicus Jan Tervoort, die veel kritiek op de Israëlische Likoed heeft - zoals hij zelf schrijft - ons toch in twintig punten geheel of gedeeltelijk gelijk geeft. Dat is toch al vijf keer zo veel als de auteurs van ThiemeMeulenhoff ….