Rotterdam presenteert integratienota

In opinie door Ewoud Butter op 26-03-2015 | 14:48

In geen enkele stad in Nederland wordt het integratiedebat nog zo intensief gevoerd als in Rotterdam.
Terwijl in de coalitie-akkoorden van Amsterdam en Utrecht amper werd gesproken over diversiteit en integratie, werd er in Rotterdam een speciale paragraaf aan gewijd. Ook kondigden coalitiepartners Leefbaar Rotterdam, D66 en CDA een integratienota aan. Deze nota, getiteld Integratie 010, werd deze week door wethouder Schneider (Leefbaar) gepresenteerd. Hieronder een samenvatting en de reacties van enkele partijen.

Definiëring, afbakening en doelstelling

  • het woord 'islam' komt niet in de nota voor en dat mag gezien de landelijke en Rotterdamse debatten over de islam opvallend worden genoemd; dit was bij een college met de PVV, die deze maand aankondigde in 2018 deel te willen nemen aan de gemeenteraadsverkiezingen in Rotterdam, ongetwijfeld anders geweest
  • ook het woord  'allochtoon' wordt zelden gebruikt. In plaats daarvan maakt Rotterdam gebruik van de term migrant, 'iemand die vanuit een ander land naar Rotterdam is geëmigreerd, met het doel uiteindelijk hier een nieuw leven op te bouwen".  Kinderen van migranten worden omschreven als 'tweede generatie migranten', 'migrantenkinderen' of mensen worden omschreven als 'met een migrantenachtergrond'. Bijna de helft van de Rotterdammers heeft op zijn minst één ouder die in het buitenland is geboren.  
  • Integratie wordt als volgt gedefinieerd: "de inspanning die de migrant levert om sociaal en economisch deel te kunnen nemen aan de Rotterdamse samenleving door zich de Nederlandse taal eigen te maken en de gangbare normen te respecteren en na te leven. Participeren in de samenleving zien we daarbij als belangrijke voorwaarde voor een succesvol integratieproces. Van de samenleving verwachten wij dat migranten de ruimte krijgen en als gelijken worden gezien, erkend en behandeld."
  • Rotterdam vergelijkt het integratieproces met het invoegen op de snelweg. Op de snelweg rijdt Nederland. Op de invoegstrook de migrant die wil integreren. Het is volgens het Rotterdamse gemeentebestuur in eerste instantie aan de invoeger om moeite te doen en initiatief te tonen om veilig in te kunnen voegen. Van de automobilisten op de doorgaande weg verwachten we waar nodig en mogelijk dat zij ruimte bieden om dit mogelijk te maken. Een kwestie van fatsoenlijk ritsen en van wederkerigheid.
  • De Rotterdamse integratieagenda moet er aan bijdragen dat:
    1. Elke migrant zich bewust is van de eigen plicht en verantwoordelijkheid om te integreren: sociaal en economisch deel te nemen, de Nederlandse taal te leren, de gedeelde normen te respecteren en na te leven.
    2. Elke migrant gelijke toegang heeft tot algemene voorzieningen zoals onderwijs, gezondheidszorg,huisvesting etcetera. waarmee hij zijn positie en die van zijn kinderen in de samenleving kan verbeteren.
    3. Migranten die worden beperkt in hun individuele rechten, door bijvoorbeeld culturele en/of religieuze aspecten, worden beschermd en worden toegerust om zich te emanciperen.
  • Er wordt, net als eerder in het coalite-akkoord een onderscheid gemaakt tussen sociale en culturele integratie: sociale integratie die ervoor moet zorgen dat iedereen in Rotterdam dezelfde kansen krijgt en pakt en culturele integratie die ervoor moet zorgen dat in Rotterdam individuele vrijheid samengaat met een gedeeld normbesef.
  • Als basis voor het normkader dat Rotterdam hanteert, gelden allereerst de vrijheden die de rechtsstaat biedt in de Grondwet. "We vinden het in Rotterdam belangrijk dat elke Rotterdammer meedoet (participeert), bijdraagt aan en verantwoordelijkheid neemt voor het samenleven (wederkerigheid), vrijheid ervaart en vrijheid toestaat en gelijkwaardig is. We verwachten concreet dat de Rotterdammer hiervoor het Nederlands als taal gebruikt, niet discrimineert, vrouwen en mannen gelijk behandelt, homoseksuelen en heteroseksuelen gelijk behandelt, (anders-)gelovigen, niet-gelovigen en andersdenkenden gelijk behandelt en zijn kinderen opvoedt tot volwaardig burger." Speciale nadrukl wordt hierbij gelegd op de gelijke behandeling van mannen en vrouwen en homoseksuelen en heteroseksuelen. 

Problemen

  • Als grote problemen noemt het Rotterdamse gemeentebestuur de jeugdwerkloosheid onder migrantenjongeren, het hoge percentage jonge vrouwen van Turkse en Marokkaanse afkomst dat niet economisch zelfstandig is en de oververtegenwoordiging van kinderen (jongeren) van migranten van Marokkaanse of Antilliaanse afkomst in overlast en criminaliteit. Ook worden de integratie van specifieke vluchtelingengroepen, met name van Somalische afkomst, genoemd. Het niet of onvoldoende beheersen van de Nederlandse taal, ongelijke sociaal-economische positie binnen de gemeenschap of het gezin, en ongelijke behandeling (discriminatie) binnen de samenleving zijn belangrijke aspecten die volgens de gemeente Rotterdam bijdragen aan achterstanden bij deze groepen. 

Aanpak

  • De Rotterdamse aanpak richt zich vooral op situaties waar integratie niet vanzelf gaat. Waar het door verschillen in normen en opvattingen hapert, schuurt of wringt. 
  • Rotterdam maakt onderscheid tussen zij die niet weten, niet willen, niet kunnen en zij die niet mogen. Het Rotterdamse bestuur accepteert niet dat migranten geen eerlijke kans krijgen of dat ze er zelf voor kiezen om aan de kant te blijven staan. 
  • De gemeente levert daarbij de volgende inspanning:
    1. informeren en uitdragen, gericht op de migranten die niet weten;
    2. ondersteunen, gericht op migranten die niet kunnen;
    3. beschermen, gericht op migranten die niet mogen;
    4. aanpakken, gericht op migranten die niet willen;
    5. monitoren, gericht op het signaleren van mogelijke problemen.
  • Het gemeentebestuur werkt  aan het wegwerken van taalachterstanden, het bevorderen van gelijke kansendoor actieprogramma’s gericht op emancipatie en het bestrijden van discriminatie, in het bijzonder van discriminatie op arbeidsmarkt en acceptatie van homoseksualiteit bij etnische en religieuze groepen. 
  • Het onderwijs moet naast kwaliteit en resultaat, waaronder taalvaardigheden, ook onmisbare waarden, gedeelde normen en vaardigheden overbrengen. 
  • Interngerichte voorzieningen op cultureel-religieuze grondslag, zoals moskee-internaten, lijken volgens het gemeentebestuur de gewenste interactie tussen groepen niet te bevorderen. Ook mono-etnische/culturele organisaties met intern gerichte activiteiten dragen volgens Rotterdam niet bij aan deze interactie en subsidie aan deze organisaties wordt dan ook als onwenselijk beschouwd.
  • Nieuwe groepen migranten uit Midden, Oost- en Zuid-Europa vestigen zich vooral in de zwakste wijken van Rotterdam. Voor deze groepen komt Rotterdam met een nieuwe uitvoeringsagenda EU-migranten.

Partners

  • Het college gelooft in de meerwaarde van het maatschappelijk middenveld, maar vindt ook dat activiteiten van deze organisaties veelal zelfstandig en onafhankelijk van de overheid kunnen gebeuren. De gemeente juicht creatieve en innovatieve initiatieven vanuit vrijwilligersorganisaties toe en ziet ook een rol weggelegd voor bedrijven en werkgevers bij de uitvoering van deze agenda, bijvoorbeeld als het gaat om de bestrijding van laaggeletterdheid en discriminatie op de werkvloer.

De gehele nota is hier te lezen. Deze wordt volgende week in de Rotterdamse raad besproken. 

Reacties

VVD

Jeannette Baljeu noemt de nota ‘nietszeggend’: “De nota staat vol met softe taal, maar er worden nergens oplossingen genoemd. Er wordt nergens iets gezegd over problemen als huiselijk geweld en discriminatie. Wij zijn het met Schneider eens dat taalverbetering cruciaal is voor het integratieproces, maar niet dat daar geen geld in wordt gestoken.”

SP
Leo de Kleijn verklaart: “De nota ‘Integratie 010’ is een typisch product van deze coalitie (Leefbaar, D66, CDA). Een coalitie zonder gedeelde visie. Negentig procent van de nota bestaat uit open deuren, vage voornemens en bestaand beleid. In de overige tien procent zit de echte angel: een moralistisch, negatief en bijna PVV-achtige benadering van integratie: als je je niet aanpast, dan rot je maar op.”

PvdA
Peggy Wijntuin laat weten: “De PvdA-fractie is teleurgesteld dat, hoewel het stadsbestuur spreekt over de zogenoemde WIJ-gesprekken en WIJ-bijeenkomsten, uitsluitend wordt gekeken naar de inspanningen die geleverd moeten worden door de migrant. Dit terwijl integratie, of liever gezegd samenleven, volgens de PvdA-fractie een zaak is die van twee kanten moet komen, dus niet alleen vanuit de migrant. Samenleven doe je samen, dat lijkt dit stadsbestuur vergeten te zijn.” Volgens Wijntuin wordt een tweedeling gecreeerd tussen wel en niet-geïntegreerden. Wij hadden liever een focus gezien op participatie en emancipatie: iedereen draagt zijn steentje bij en iedereen komt tot zijn recht.” Ook Wijntuin ziet weinig concrete oplossingen: “Veel van wat er beschreven wordt gebeurt al. Ik mis hier creativiteit en visie over hoe de gemeente het vraagstuk wil oplossen.”

GroenLinks

GroenLinks vindt de nota “vrij vaag”: “Wij vinden het goed dat het punt van integratie op de nota staat, maar de nota wordt op weinig punten concreet.” 

NIDA

“Een wereldstad als Rotterdam ziet de wethouder door een angstige dorpsbril. De nota leest als een ouderwets stoffig verlangen naar de middeleeuwen”, dat stellen Nourdin El Ouali en Aydin Peksert van de politieke partij NIDA Rotterdam in een uitgebreide reactie op de nieuwe integratienota van het Rotterdams stadsbestuur. NIDA komt daarom met een alternatieve visie. “Een visie gebaseerd op insluiting in plaats van uitsluiting. Een verfrissende visie vanuit de jeugd, gericht op de toekomst."

Het integratiebeleid van de afgelopen jaren, en zo ook deze nota van Leefbaar Rotterdam, CDA en D66, is volgens NIDA achterhaald en gebaseerd op etnocentrisme en assimilatie. Het college suggereert volgens NIDA dat hét probleem ligt bij één of andere migrant die zich moet aanpassen.
NIDA reageert ook op de uitspraak van wethouder Schneider in het AD van dinsdag 24 maart. Hij stelde hierin: ‘Als je niet wil integreren, dan rot je maar op’. NIDA reageert: “Ordinair taalgebruik verwordt dankzij dit college tot beleidstaal. Ironisch voor een integratienota die met een opgeheven vingertje de Rotterdammers zegt gedeeld normbesef bij te zullen brengen.” Tot slot merkt NIDO op dat het college culturele en religieuze diversiteit nergens als een verrijking voor de stad ziet, maar vooral als een probleem." 

Ewoud Butter 

Link:

Diversiteit en aanpak discriminatie in de coalitieakkoorden van de grote steden

 

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

 

Waardeert u ons vrijwilligerswerk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook!  

 

 


Meer over cda, d66, ewoud butter, integratienota, leefbaar rotterdam, rotterdam.

Delen: