Provo’s, treiteraars, aandachtzoekers – klein maar toch niet ongevaarlijk

In opinie door Carel Brendel op 03-06-2012 | 18:35

Tekst: Carel Brendel

Het was een stuitende en smakeloze vertoning bij het Nationaal Monument op de Dam. Shariafanaten verkondigden aan de voet van het Nederlandse vrijheidssymbool dat het kalifaat wel raad zal weten met islamcritici als Geert Wilders. Ze ‘adviseerden’ de zwaar bedreigde politicus om lering te trekken uit ‘het geval-Theo van Gogh’. Of het ook strafbaar is, zal blijken op of na 11 juli. Dan staat een 29-jarige, zich ‘Abu Qaasim’ noemende man uit Woerden, voor de politierechter. Abu Qaasim is de leider van het extremistische splintergroepje Shariah4Holland. Deze club is zo klein dat ze bij acties wordt aangevuld en aangestuurd door Shariah4Belgium, dat op zijn beurt weer een van de weinige levensvatbare filialen is van de Global Shariah Movement (GSM) van de Britse moslimextremist Anjem Choudary.

De Belgische shariabaas Fouad Belkacem alias Abu Imran ontbrak op het appèl. De Antwerpse crimineel kan zich beter niet in het buitenland vertonen, omdat hij in Marokko wordt gezocht wegens drugshandel. Belkacem verkiest de veiligheid van een Belgisch enkelbandje boven een ongemakkelijk verblijf in een Marokkaanse cel. Voor een groene haag in het veilige Vlaamse land blikten de bendeleider en zijn Nederlandse volgeling vrolijk en gelukzalig terug op hun ‘geslaagde actie’, waar alle media met open ogen in zouden zijn getrapt. De clip heeft de titel Wilders, Wanted dead or alive! Nee, Wilders was niet bedreigd, beweert Belkacem. Hij kreeg slechts het vaderlijke advies om te stoppen met zijn strijd tegen de islam, omdat het anders misschien slecht met hem zou kunnen aflopen. Immers, er lopen nu eenmaal veel boze moslims rond op deze aardbol. Het doet denken aan ‘het aanbod dat je beter niet kunt weigeren’ waarmee maffiabaas Don Corleone tegenstribbelende tegenstanders wist te overreden in de Peetvader-films.

Van ‘bedreiging’ was volgens de kromspraak van de shariafiguren ook geen sprake in een interview dat GSM-leider Choudary vorige maand gaf aan de Noorse televisie. Daarin stelt de Brit dat Noorse staatsburgers wel eens het doelwit zouden kunnen worden van ontvoeringen in islamitische landen. Volgens de sharia, beweert Choudary, is het namelijk toegestaan om gijzelaars te nemen om Mullah Krekar (een in Noorwegen veroordeelde extremist en terrorist van Koerdische afkomst) vrij te krijgen uit een Noorse gevangenis. Nee, zelf roept hij niet op tot kidnapping, verzekert de Brit. Hij stelt alleen maar vast dat Noorwegen met vuur speelt omdat een dergelijke ontvoering tot de mogelijkheden behoort.

Het is typerend voor de werkwijze van de Global Shariah Movement en de aangesloten shariagroepen. De grenzen opzoeken en overschrijden, provoceren, treiteren, schreeuwen, publiciteit zoeken. Het zijn aandachtsjunks met een minimale aanhang, hooguit bij jongeren buiten de gevestigde moskeeën. Zelfs in Engeland, het moederland van de GSM, heeft de beweging weinig te betekenen. Daarom staan media – en ook bloggers – voor een dilemma: Moeten we deze beweging voorzien van publiciteit, de belangrijkste brandstof van deze beweging?

Mijn antwoord is: Niet meer dan nodig is. Maar soms valt aan de publiciteit niet te ontkomen. Bijvoorbeeld vorig jaar, toen een knokploeg van Shariah4Belgium het Amsterdamse centrum De Balie binnendrong. Het shariatuig verstoorde daar een debat en bedreigde en belaagde daar de Canadese schrijfster Irshad Manji en GroenLinks-Kamerlid Tofik Dibi. Eerder maakten ze in Antwerpen op agressieve wijze een einde aan een lezing van de Nederlandse schrijver Benno Barnard. De bedreigers van Wilders en diverse Vlaamse politici zijn beslist geen ridders van het vrije woord. Ook valt niet te negeren, dat Shariah4Belgium de afgelopen dagen als aanjager fungeerde van straatrellen in de Brusselse wijk Molenbeek, naar aanleiding van de aanhouding van een niqabdraagster.

Wat in elk geval niet helpt, is deze shariabeweging af te doen als ongevaarlijke gekken. Dat zijn het niet. De Global Shariah Movement is een extremistische afsplitsing van de radicale, in diverse landen verboden, internationale beweging Hizb ut-Tahrir. In Engeland zijn diverse organisaties van Choudary verboden wegens het verheerlijken van terrorisme. De beruchtste daarvan was Al-Muhajiroun, een broeinest van agitatie, waarvan de meer radicale leden diverse keren betrokken waren bij geweld en/of terroristische plannen. In het Belgische Mechelen loopt overigens een proces tegen een groepje would-be terroristen. Hun bezigheden bleven steken in het stadium van de grootspraak en de plannenmakerij. In de verdachtenbank zitten behalve drie Nederlandse Marokkanen ook enkele sympathisanten van Shariah4Belgium.

Een van de beste beschouwingen over deze beweging verscheen eind vorig jaar op website Wij Blijven Hier. De onbekende Vlaamse schrijver van het in alle opzichten aan te raden artikel constateerde dat veel ideeën van Shariah4Belgium in bredere kring leven, alleen niet zo scherp en radicaal geformuleerd. Zijn conclusie: “Abu Imran is slechts een symptoom van een veel diepere ziekte. Die van radicalisering.”

Daaraan valt toe te voegen dat sommige ideeën van Choudary, Belkacem en ‘Abu Qaasim’ ook buiten islamitische kringen een hardnekkig leven leiden. Dat de islam in het Westen het doelwit is van heftige vervolging, of dat Geert Wilders de indirecte aanstichter is van de moordpartij door de Noorse terrorist Anders Breivik, valt ook met grote regelmaat te lezen in de haatbunkers van de Linkse Kerk in Hersteld Verband. Opvallend is dat de zelfbenoemde antiracisten in alle talen zwegen, toen de moslims Manji en Dibi daadwerkelijk het doelwit werden van een homofobe extremistische knokploeg. Dat deze moslims werden bedreigd en beledigd door andere moslims, was kennelijk geen item voor Nederland Bekent Kleur en Platform Stop Racisme.

Gepaste aandacht dus voor de shariabeweging. Minder focus graag op stokebrand Belkacem, en meer de schijnwerpers op Choudary, de echte baas van het spul, eveneens een dwaas maar geen ongevaarlijke dwaas. Minstens vijf van zijn organisaties zijn door de Britse overheid verboden; vorige maand nog sprak hij zijn nauw verholen dreiging tegen Noorwegen uit. Desondanks zag minister Opstelten geen mogelijkheid om Choudary tot ongewenst vreemdeling te verklaren. Wat moet je dan in vredesnaam wel doen om te stranden op Schiphol? Onbeleefd zijn tegen de Marechaussee?

De Noorse parlementariër Abid Raja, een liberaal van Pakistaanse afkomst, liet zich in elk geval geen zand in de ogen strooien door Choudary. Over diens onverholen dreigementen zei Raja: “Ik vind dit zeer ernstig. Choudary heeft een duidelijke boodschap. Hij riep op tot strafbare feiten. We weten helaas dat er mensen zijn in Noorwegen die zich laten inspireren door dergelijke retoriek… Krekar en Choudary zijn meer dan zieke clowns, ze zijn direct gevaarlijk.” Er is alle reden voor de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst om alert te zijn nu ook in Nederland weer over een – gelukkig zeer kleine – kweekvijver van potentiële Bouyeri’s beschikt.

Carel Brendel is journalist en blogger. Dit stuk verscheen eerder op zijn blog en is in overleg met de auteur ook op Republiek Allochtonië geplaatst.

Lees ook:


Meer over anjem choudry, carel brendel, islam, islamdebat, radicalisering, sharia4belgium, sharia4holland.

Delen:

Reacties


Shabnam Theunissen - 04/06/2012 20:00

Zeker niet ongevaarlijk, omdat zij door de islamofoben worden gezien als de "vertegenwoordigers van de islam" en zij zich voordoen als vrome volgelingen, die leven in de "voetsporen van de metgezellen van de profeet vsm". De leek ziet hen aan voor orthodoxe moslims, terwijl veel van hun standpunten in strijd zijn met de islam. Omdat zij zich daarnaast kleden als "zeer vrome moslims" wordt de verwarring nog groter.
Deze groep salafistische lawaaimakers en de extreem verWilderste groep Nederlanders staan als regelrechte vijanden tegenover elkaar. Er hoeft maar een vlammetje bij gehouden te worden en de ontploffing is een feit.
Intussen houdt de rest van de moslimgemeeschap zijn mond, wat ik jammer vind. Wij moslims moeten opkomen voor ons geloof, dat heel goed kan bestaan binnen de Nederlandse cultuur met wederzijds respect voor andere geloven en opvattingen.
Sura al Baqqara vers 256 uit de heilige koran (vertaling Mhd Marmaduke Pickthall): "There is no compulsion in religion".