Jerry Springer Show in De Balie

In opinie op 19-02-2012 | 14:01

Tekst: Zihni Özdil

De tafel was te vol en rommelig. Sjeik Al-Haddad is niet werkelijk het vuur aan de schenen gelegd. Toch is het goed dat het debat in de Balie is gehouden. Youri Albrecht, Kustaw Bessems en Tofik Dibi moeten gecomplimenteerd worden. Door Al-Haddad een podium voor discussie te bieden hebben zij de vrijheid van meningsuiting in Nederland een broodnodige helpende hand geboden.
Want, liever een Jerry Springer show dan een show-verbod.

Vol verwachting tunede ik vrijdagavond via de livestream in op het debat met de omstreden sjeik Heitham Al-Haddad in De Balie. Tofik Dibi en Kustaw Bessems gingen discussiëren met Al-Haddad terwijl Balie-directeur Yoeri Albrecht optrad als gastheer. Het debat gleed echter snel af richting een Jerry Springerachtige reprise van het oppervlakkige 'islamdebat' dat we al talloze keren hebben gezien sinds 9/11.

De Vrije Universiteit – nota bene een academische instelling – had eerder een volstrekt gebrek aan ruggengraat tentoongesteld door Al-Haddad's lezing af te gelasten na commotie vanuit de rechterhoek der selectieve vrijheidsbepleiters. Yoeri Albrecht onderwees de VU over de essentie van vrije meningsuiting door Al-Haddad alsnog uit te nodigen voor een debat in de Balie. Voltaire ’s adagium kwam vrijdagavond gelukkig weer tot leven in Nederland. 'Gevaarlijke ideeën de mond snoeren is een gevaarlijk idee', zoals Albrecht zelf twitterde.

Het debat begon veelbelovend. Zo was er Bessems' sterke opening die een mooi pleidooi gaf voor Al-Haddad's vrije meningsuiting en tegelijkertijd die mening scherp bekritiseerde. Al snel kreeg Al-Haddad de vraag voor zijn kiezen waarom hij had geweigerd plaats te nemen in een TV programma (De Halve Maan) als de ongesluierde presentatrice Naeeda Aurangzeb ook aan tafel zou zitten. Zijn antwoord luidde: 'Het gaat tegen mijn principes in en ik zou een hypocriet zijn als ik tegenstrijdig met mijn principes zou handelen'.

Vanuit dit antwoord had er een interessante en diepgaande discussie kunnen ontstaan met Al-Haddad. Net als menig ander fundamentalist – zie bijvoorbeeld de vrouwschuwe SGP of de anti-anticonceptie uitspraken van de Paus - denkt Al-Haddad oprecht dat het geen misogynie is als hij zegt dat vrouwen geen contact mogen hebben met mannen of dat ze vanwege hun 'biologische andersheid' in 'sommige opzichten meer en in andere opzichten minder rechten hebben'. Als de tafelheren op een Socratische manier geduldig hadden doorgevraagd hadden ze Al-Haddad's regressieve, fundamentalistische, ondemocratische en tegenstrijdige ideeën laag voor laag kunnen blootleggen en fileren.

Maar dat gebeurde niet. Al-Haddad werd telkens onderbroken door Albrecht of Bessems met vluchtige vragen die al eindeloos zijn herhaald in de afgelopen jaren en waar elke pientere fundamentalist een hapklaar antwoord op heeft. Al-Haddad kreeg met andere woorden een free ride. En de - vooral jonge - moslims waar hij op mikt werden juist versterkt in hun idee dat de sjeik wordt gedemoniseerd en zijn ideeën onterecht worden weggezet als gevaarlijk. In plaats van echt in te gaan op die hapklare antwoorden, wat vereist dat Al-Haddad de gelegenheid krijgt om uit te praten en zijn religieus-filosofische visie uit te leggen, sprong men na elk antwoord over naar een ander cliché.

Bijvoorbeeld: 'U steunt het type land als Saoedi-Arabië waar vrouwen geen auto mogen rijden en geen kerken gebouwd mogen worden maar u maakt wel gebruik van de vrijheid van religie in het westen'.

Net als veel moslimfundamentalisten van zijn slag heeft ook Al-Haddad waarschijnlijk een hekel aan het Saoedische regime omdat ze Amerikaanse troepen toestaan op het heilige land. Zijn - feitelijk correcte - antwoord luidde dan ook: 'Ik steun Saoedi-Arabië niet, in de meeste moslimlanden zijn er veel kerken en in het Vaticaan kun je ook geen moskee bouwen'. En zo ging het debat verder. Net als in een Jerry Springer show was het vooral een mengelmoes van warrige en simplistische verwijten over en weer en nauwelijks inhoudelijke verdieping.

Een Jerry Springer show is echter niet compleet zonder een hysterische interventie door een onverwachte gast. En daar was Ebru Umar. Vanuit de zaal schreeuwt ze naar Al-Haddad waar hij het lef vandaan haalt om over vrouwenrechten te praten terwijl hij een man is. Al-Haddad weet nog te antwoorden dat in een geglobaliseerde wereld iedereen discussieert over allerlei rechten voordat Umar net als de benadeelde partij in een Jerry Springer show richting de tafel stormt. Ze neemt plaats en begint een uitbarsting aan - in vragen verhulde - hysterie richting Al-Haddad: 'Zou je zelf gestenigd willen worden? Zou je zelf een boerka willen dragen?'. De sjeik probeert te antwoorden maar Umar onderbreekt hem en vraagt hetzelfde. Na een poosje krijgt Al-Haddad de ruimte en zegt dat hij gestenigd wil worden als hij een overtreding begaat waar de stenigingsstraf op staat. Umar heeft niet de intellectuele capaciteit om hierop in te gaan en herhaalt dan maar haar tweede vraag: 'En een boerka dan?'. Umar's simplistische opwinding staat in schril contrast met de waardige en scherpe discussie die Naeeda Aurangzeb vanaf de zijlijn voerde met Al-Haddad in de Halve Maan.

Na Umar waren er nog enkele andere vragen uit het publiek. Zo herhaalde Ehsan Jami, de beroeps-getraumatiseerde-ex-moslim, zijn welbekende klankenreeks en kort daarna was het debat afgelopen. Het enige lichtpunt in de avond was Tofik Dibi. Hij probeerde een meer inhoudelijke wending te brengen aan het debat. Zijn opmerkingen brachten het perspectief van veel jonge Nederlandse moslims die een eigen invulling willen geven aan hun religie naar voren. Dat is namelijk de Achilleshiel van zowel moslimfundamentalisten als islamofobe rechtspopulisten a la Wilders. Beiden vinden dat er maar één islam is. Volgens Al-Haddad is een liberale moslim een ketter en volgens Wilders een stiekemerd die zijn ware aard verbergt. Jammer genoeg kreeg Dibi niet de gelegenheid om Al-Haddad te knellen op dit belangrijke punt. Daarvoor was de tafel simpelweg te vol. Achteraf was het beter geweest als Dibi – of eender iemand die meer kennis heeft over 'de islam'- alleen in debat was gegaan met Al-Haddad en een technische moderator de discussie had geleid.
Ondanks deze gemiste kans moeten Albrecht, Bessems en Tibi gecomplimenteerd worden. Door Al-Haddad een podium voor discussie te bieden hebben zij de vrijheid van meningsuiting in Nederland een broodnodige helpende hand geboden.
Want, liever een Jerry Springer show dan een show-verbod.

Zihni Özdil is docent en promovendus maatschappijgeschiedenis aan de Erasmus Universiteit. Hij heeft een eigen weblog. Deze tekst is eerder verschenen op joop.nl en in overleg met Zihni ook op Republiek Allochtonie geplaatst.

Eerdere artikelen van Zihni op Republiek Allochtonië vindt u hier.

Lees ook:

Haitham al-Haddad kwam, zag en overwon, toegejuicht door zijn studenten (Carel Brendel)

Presentatrice Naeda laat zich wegsturen door imam (Abdelkarim el Fassi op Wij Blijven Hier)

Hieronder het laatste deel van het debat:


Meer over al-haddad, de balie, tofik dibi. kustaw bessems, youri albrecht, zihni özdil.

Delen: