Boerkaverbod is het product van een paternalistische overheid

In opinie door Jogchum Vrielink en Eva Brems op 27-08-2011 | 14:52

Tekst: Jogchum Vrielink en Eva Brems

Boerka's verbannen maakt de samenleving niet veiliger, bevordert het samen leven niet, en helpt ook niet tegen de onderdrukking van moslima's. Emancipatie is beter.

‘Onzedelijk’ zou het zijn. Net als naaktloperij. Terwijl op die manier in Nederland – onder impuls van minister Donner – de discussie over een verbod op gezichtsbedekkende kledij weer aangezwengeld wordt, is het ‘boerkaverbod’ in België vorige maand van kracht geworden. België wordt daarmee het tweede Europese land, na Frankrijk, met een dergelijk verbod.

Dat er tot voor kort in België geen algemeen verbod gold, betekende niet dat gezichtsbedekking overal was toegelaten. In veel Belgische gemeenten gold (en geldt) een lokaal verbod op gezichtsbedekking. Er was echter discussie ontstaan over de wettigheid daarvan, omdat een rechtbank begin 2011 besloot dat het beboeten van een vrouw die een nikab droeg, een schending van de godsdienstvrijheid opleverde. De totstandkoming van het algemene verbod kwam daarna in een stroomversnelling terecht.

De nieuwe wet voegt in het Strafwetboek een artikel 563bis in. Het misdrijf – een overtreding – bestraft personen die zich in het publiek begeven “met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat zij niet herkenbaar zijn”. Uitzonderingen zijn er voor ‘wetsbepalingen’, ‘arbeidsreglementen’ en ‘politieverordeningen voor feesten’ die gezichtsbedekking opleggen of toelaten. Ook maakt de wet het mogelijk om de lokale verboden nog toe te passen, als het OM niet vervolgt op basis van het algemene verbod.

De doelstellingen die de wetgever had met deze strafbaarstelling waren het waarborgen van de veiligheid, het bevorderen van het ‘samen-leven’ (met nadruk op communicatie en herkenbaarheid), en de bescherming van vrouwenrechten.

Het verbod is om verschillende redenen problematisch. Om te beginnen is het toepassingsgebied heel ruim, terwijl de uitzonderingen erg beperkt zijn. Daardoor leidt het verbod bij een strikte toepassing tot allerlei bizarre gevolgen. Wie zich ’s winters dik inpakt met muts en sjaal; fietsers die een stofmasker dragen; verklede leiders van een jeugdbeweging; en zelfs personen die na een ongeluk met gezichtsbedekkend verband rondlopen: zij vallen in beginsel allemaal onder het verbod.

Verder is het twijfelachtig of de doelstellingen van de wetgever het verbod wel rechtvaardigen. Voor zover gezichtssluiers of gezichtsbedekking een veiligheidsrisico kunnen opleveren, is dat vooral zo in specifieke omstandigheden. In luchthavens, gevangenissen en banken bijvoorbeeld. Een algemeen verbod voor de gehele openbare ruimte lijkt daarom niet nodig. Beperktere verboden kunnen volstaan om de veiligheid te waarborgen.

Wat betreft de doelstelling van het ‘samen leven’ en communicatie, is het de vraag of het geen kwestie is van individuele vrijheid of men op straat al dan niet contacten wenst met andere mensen. Een overheid die vanwege de wenselijkheid van sociaal contact strafrechtelijk afdwingt dat mensen herkenbaar en aanspreekbaar moeten zijn, stelt zich erg paternalistisch op. Bovendien is die overheid selectief. Of gaat men in de toekomst ook optreden tegen mensen die onaanspreekbaar zijn, omdat ze met een iPod rondwandelen? Of omdat ze op een bankje in het park demonstratief een krant voor het gezicht openslaan, als een ander in de buurt komt zitten?

Inzake vrouwenrechten geldt dat voor vrouwen die uit vrije wil een gezichtssluier dragen, een verbod niet bijdraagt aan dit doel. Voor vrouwen die verplicht worden om een boerka of nikab te dragen, lijkt het dan weer niet pertinent om een dergelijke onderdrukking te bestrijden door hen te beboeten. De kans is groot dat een verbod de situatie van die vrouwen juist verergert, doordat zij helemaal niet meer buiten mogen komen. In zulke gevallen moet de onderdrukker bestraft worden en niet de onderdrukte.

Het ‘boerkaverbod’ roept fundamentele juridische vragen op. Het is daarom denkbaar dat de wet een toetsing aan de Grondwet of aan verdragen niet zal doorstaan. Die toetsing komt er ook: twee vrouwen die een nikab (willen) dragen, stappen naar het Belgisch Grondwettelijk Hof – dat onder andere de bevoegdheid heeft om wetten te vernietigen – om het verbod aan te vechten.

Los van eventuele strijd met hogere regelgeving lijkt het sowieso beter om een andere aanpak te volgen dan criminalisering van de draagsters. Het aantal vrouwen dat in België gezichtssluiers draagt, is naar schatting tussen de 200 en de 270 personen. Bovendien dragen veel vrouwen de nikab maar gedurende een bepaalde periode in hun leven. Emancipatoire beleidsmaatregelen lijken daarom gepaster dan repressie.

Nederland kan nog terugkomen op het voornemen van het kabinet om een ‘boerkaverbod’ in te voeren; de uitspraken van minister Donner niettegenstaande. Als uit het voorgaande immers al iets blijkt, dan is het wel dat niet zozeer het dragen van gezichtssluiers gelijkgeschakeld kan worden met naaktloperij, maar dat dit veeleer geldt voor het verbod ervan: veel kleren lijkt die ‘keizer’ in elk geval niet aan te hebben.

Jogchum Vrielink is postdoctoraal onderzoeker aan de Katholieke Universiteit Leuven.
Eva Brems is hoogleraar mensenrechten aan de Universiteit Gent.

Een ingekorte versie van dit artikel is eerder verschenen in Trouw, een langere analyse verschijnt binnenkort in het Nederlands Tijdschrift voor de Mensenrechten (NTM, het voormalige NJCM-bulletin). Deze versie is met toestemming van de auteurs op Republiek Allochtonie geplaatst.

Zie ook:

 


Meer over boerka, boerkaverbod, emancipatie, Eva Brems, islam, Jogchum Vrielink, vrouwen, vrouwenemancipatie.

Delen:

Reacties


Michael - 28/09/2011 11:19

Een bijkomend aspect in deze hele zaak is de alsmaar toenemende racistische connectie die begint te ontstaan tussen de voorstanders van de hoofddoek.

Een der kerntaken, of misschien beter gezegd, een van de voornaamste consequenties van de hoofddoek is dat het een vrouw minder zichtbaar maakt. Concreet betekent dit dat een vrouw die een hoofddoek draagt een minder voordelige positie heeft in het ontmoetingsprocess tussen man en vrouw dan vrouwen die geen hoofddoek dragen. Dat is een situatie die bijzonder interessant is voor de vrouwen die geen hoofddoek dragen, want zij ondervinden hierdoor aanzienlijk minder concurrentie van deze andere vrouwen. En zeg ineens maar: Oneerlijke concurrentie.

En daar blijft het niet bij. Veruit de grootste groep vrouwen in onze samenleving die geen hoofddoek draagt zijn autochtone vrouwen. In de praktijk betekent dit dat dankzij het feit dat veel allochtone vrouwen wel een hoofddoek dragen, de autochtone, blanke Westerse vrouw steeds opnieuw een geprivilegieerde status kan blijven opeisen die in een moderne, multi-etnische samenleving eigenlijk niet langer te verantwoorden is.

De disproportionele aanwezigheid van de hoofddoek bij allochtone vrouwen vs autochtone vrouwen zorgt ervoor dat autochtone vrouwen de facto de media en de reclamewereld kunnen monopoliseren, en alleen hun type van schoonheid kunnen blijven presenteren aan de mannelijke bevolking, volledig vrij van de concurrentie van de niet-Europese vrouw. Dat is een situatie die bijna rechtstreeks te vergelijken valt met hoe blanke mannen in het Amerika van de jaren 50 zwarte mannen systematisch uit belangrijke functies als rechtspraak en politiek wisten te houden. Op dezelfde manier houden blanke vrouwen anno 2011 niet-blanke vrouwen systematisch uit functies als de reclamewereld, de glitter & de glamor en de spotlights.

De prominente aanwezigheid van de hoofddoek onder allochtone vrouwen zorgt er eigenlijk voor dat er een sterk racistische discriminatie -een samenleving waarin vrijwel uitsluitend de blanke vrouw op het podium staat te schitteren- kunstmatig in stand wordt gehouden. Er bestaat voor veel Westerse vrouwen bijgevolg een zeer uitgesproken, racistisch motief om deze status quo te laten voortduren, opdat ze hun privileges niet hoeven te verliezen aan de allochtone vrouwelijke nieuwkomers.

Vrouwen als Ayaan Hirshi Ali, Kelik Yücel of Wafa Sultan worden blijkbaar dan ook aangezien -en misschien niet zonder reden- als geduchte kapers op de kust. Zij vertegenwoordigen een groep allochtone vrouwen die precies dezelfde rechten en privileges beginnen op te eisen als diegene die autochtone vrouwen genieten. Is het misschien daardoor dat zij zoveel kritiek en vitriool over zich krijgen? Kan die kritiek iets te maken hebben met het feit dat deze vrouwen een zeer grote bedreiging vormen voor deze racistische status quo, die de Europese vrouw in zulke verregaande en op zo’n onterechte wijze blijft bevoordelen ten koste van allochtone vrouwen?

Ik denk dat voorstanders van de hoofddoek zich eens flink moeten bezinnen over deze duistere aspecten van het hoofddoeken debat. Wie de hoofddoek steunt, steunt eigenlijk ook een instrument dat vandaag de dag systematische discriminatie en racistische privileges in stand houdt, ten voordele van de blanke vrouw en op de rug van de allochtone vrouwen.

Op dezelfde manier weet de orthodoxe Islam op grote schaal te voorkomen dat Westerse, Europese mannen in een relatie terechtkomen met Arabische dames. En ook hier steekt deze racistische connectie weer zeer nadrukkelijk de kop op. Wie voorstander is van racistische principes als “raszuiverheid” heeft er volstrekt alle belang bij om zoveel mogelijk niet-blanke vrouwen weggestopt te houden achter de hoofddoek en/of de meest conservatieve tradities van de Islam.

Is dat alles slechts louter toeval? Of spelen sommigen linkse groepen door het verdedigen van de hoofddoek en de Islam hiermee eigenlijk niet extreem-rechtse opvattingen de bal toe? Ik denk dat dit uiterst actuele en belangrijke vraagstukken zijn naar de toekomst toe.

wiert - 29/08/2011 09:58

Boerkaverbod: er zijn slechts circa 300 draagsters van een boerka in Nederland. Een overval plegen met een boerka is een onmogelijkheid omdat het vluchten tot een slapstick maakt. Boerkadraagsters zijn wettelijk verplicht om zich te identificeren, als daartoe de noodzaak bestaat en ze doen dit ook, onder voorwaarde dat een vrouw deze identificatie afneemt (dus dat de boerkaadraagster haar gezicht en haren toont. Een boerkadraagster staat in haar paspoort e.d. wel degelijk op een 'normale'foto, dus kan identificatie geen probleem zijn. Het dragen van een boerkaa heeft niets maar dan ook helemaal niets met de Koran en de Islam te maken en wordt er absoluut niet in genoemd, het is een cultureel iets en geen religieus iets. Ik werk nu ongeveer 4 jaar in de opvang van asielzoekers in het grootste opvangcentrum van ons land en in die vier jaar is er slechts één vrouw geweest id een boerka droeg. Naar mijn idee is het boerkaverbod een gevolg van het aanhurken van onze regering tegen Geert Wilders zijn PVV, die niets leiver ziet dan alle allochtonen, onder wie de Moslims, het land uit te zetten. Het boierkaverbod is het zoveelste zwaktebod van de coalitepartijen aan gedoogpartner PVV
Selam en een fijne dag nog!

Ronald - 28/08/2011 13:28

Draai het eens om: een boerka dragen bevordert veiligheid noch samenleven noch emancipatie.

Marlies - 28/08/2011 13:05

Hoezo, vormen boerkadraagsters een duidelijk gevaar? Hoeveel aanslagen zijn er al gepleegd door boerkadraagsters? Zijn ze oververtegenwoordigd onder geweldplegers, misschien als voetbalhooligan?
Begrijp me goed, ik vind boerka's vreselijk en geloof ook niet dat er in Afghanistan veel vrouwen zijn die zo'n kleed vrijwillig dragen.
De vrouwen die ik in Nederland heb gesproken, zijn opvallend vaak autochtone bekeerlingen en vaak hoger opgeleid. Zij beschouwen het zelf niet als onderdrukking, maar zeggen dat ze er zelf voor kiezen.
Ik kan me dat moeilijk voorstellen, maar ze zeggen dat wel met zoveel overtuiging dat ik ook niet durf te beweren dat ze liegen.
Naar welke staten zou je deze vrouwen willen 'terugsturen'?
En wat denk je te bereiken met een verbod? Emancipatie? Denk je dat mensen anders gaan denken wanneer je ze een kledingsvoorschrift geeft? Ik geloof dat niet. Jouw reacties verraden meestal intelleigentie, maar nu val je me tegen.

Antoine Berben - 28/08/2011 12:37

Wat een onzin.
Er bestaat momenteel een duidelijk probleem met betrekking tot veiligheid en reeds daarom is een boerkaverbod volstrekt aan de orde!
Daarnaast heeft de overheid hier nog steeds een plicht om zich met mensen te bemoeien zolang hier mensen wonen die op basis van een overtuiging menen dat het geoorloofd is om vrouwen als tweede-
rangs burgers te beschouwen en dus ook maar te onderdrukken.
Tenslotte willen wij hier in West-Europa geen toestanden als is Afrika met staten met een soort van getolereerde leer over allerlei menselijke zaken!
Helder toch?
Laat alle boerkaliefhebbers gewoon weer naar juist die staten waar dat allemaal nog wel is terugkeren! Ze zijn dan wel een heel kleine minderheid maar vast ontzettend gelukkig!